"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Wat rood was

Vrijdag, 24 mei, 2019

Geschreven door: Rosie Price
Artikel door: Marnix Verplancke

Levenslang gekweld door de wortelstok van het geweld

Rosie Price (1993) werkte drie jaar voor een literair agent voor ze besliste dat ze meer tijd wou om zelf te schrijven. Werd op jonge leeftijd verkracht en zag zich geconfronteerd met hetzelfde dilemma als Kate in haar debuut. Zij koos ervoor om ermee naar buiten te komen, door erover te schrijven, maar wil dit niet als zaligmakend naar voor schuiven. Je moet zelf aanvoelen wat het beste voor je is, zegt ze.

[Recensie] Hoe ga je als jonge vrouw om met verkrachting? Word je een zwijgend slachtoffer, of wijs je de dader aan? Rosie Price tackelt de kwestie in haar debuut Wat rood was.

Kate en Max ontmoeten elkaar tijdens hun eerste week aan de  universiteit en beseffen meteen dat er iets klikt. Zozeer zelfs dat ze na een tijd beslissen om samen een flat te delen en naar het Zuiden van Frankrijk op vakantie te gaan. Ze houden van elkaar, maar van seks is nooit sprake. “Ze is zo’n vriendin die je hebt als je jong bent,” beschrijft de moeder van Max Kate, “Die je de wereld van een andere kant laat zien en indruk op je maakt.” En dat geldt ook in omgekeerde richting, want de uit een sociale woonwijk afkomstige Kate blijkt met Max een vis gevangen te hebben die uit een wel heel ander aquarium afkomstig is. Moeder Zara is regisseur en vader William een vaatchirurg die uit een familie stamt die het ooit maakte in de mijnbouw. Naast het riante Londense huis waarin Zara en William wonen speelt een deel van Rosie Prices debuutroman Wat rood was daardoor ook in het landelijke Gloucestershire, waar oma Bernadette Bisley House bewoont, een ietwat vervallen landgoed inclusief de obligate parktuin.

Max opent voor Kate de deur naar een nieuwe, glamoureuze wereld waarin de alcohol rijkelijk vloeit, er geëxperimenteerd wordt met drugs en het grandioze plan opgevat wordt een Tinder voor mensen op leeftijd te ontwikkelen die dan de naam Sintel moet krijgen, omdat het vuur toch nog wat smeult. Maar Max opent onrechtstreeks ook een andere deur, die van de slaapkamer van zijn ouders, waar Kate na een feestje verkracht wordt door zijn neef.

Boekenkrant

Wat rood was werd in Groot-Brittannië maanden voor het verschijnen ervan al geprezen als een van de debuten van het jaar. Uitgevers vochten zowat om een manuscript. Ons lijkt dit evenwel toch wat overdreven. Price is meesterlijk wanneer ze in het hoofd van Kate duikt en beschrijft hoe de verkrachting de jonge vrouw helemaal onderuit haalt. Ze krijgt bètablokkers voorgeschreven, steelt valium en xanax en overgiet die ook nog eens met een sloot wodka. Ze snijdt zichzelf met glasscherven en raakt soms helemaal geblokkeerd. Pas maanden later kan ze Max en Zara met horten en stoten vertellen dat ze verkracht is, maar niet door wie.

Schril in contrast met deze uitmuntende psychologische uitdieping van Kate staat de bijna knullige beschrijving van de familie van Max. Price houdt van de Melrose-romans van Edward St Aubyn en wellicht zou ze net zo goed ingeburgerd willen zijn in de leefwereld van de hogere klasse als de personages van Alan Hollinghurst dit zijn, maar dat is ze dus jammer genoeg niet. Het voelt allemaal heel erg oppervlakkig aan, waarbij je je de vraag stelt waarom Bisley House en alle verhaallijnen die ermee gepaard gaan überhaupt in dit boek voorkomen.

De centrale vraag van Wat rood was is hoe je als slachtoffer omgaat met een verkrachting, of je ermee naar buiten komt of niet, en in hoeverre de daaruit volgende confrontatie met de dader iets oplost. Het lijden stopt daar niet mee, merkt Zara op nadat Kate haar verteld heeft wat haar overkomen is. Ook zij is immers verkracht, op haar negentiende, en nog steeds steekt de wortelstok van haar lijden van tijd tot tijd de kop op.

Centrale zinnen:

“Kates logica was duidelijk. Om te overleven moest ze zichzelf ontvluchten.”

Voor het eerst verschenen in Knack

Wat rood was