"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Wat weet men van een leven?

Dinsdag, 16 augustus, 2022

Geschreven door: Anke Verbraak
Artikel door: Jan Stoel

Had men er maar met je over gesproken

[Recensie] De titel van Wat weet men van een leven, de roman van Anke Verbraak, is ontleend aan een strofe uit In memoriam P.M.-S. van Hendrik Marsman (1899-1940). Het gedicht is opgedragen aan Paula Müller-Schübler, de moeder van Marsmans vriend Arthur Lehning. En wie Marsman zegt, denkt onmiddellijk aan het vitalisme, een literaire stroming waarbij de focus ligt op het zo intens mogelijk proberen te leven met aan de andere kant de angst voor de dood. Die beide elementen spelen een rol in deze psychologische ontwikkelingsroman.

“hoe haar leven was? wat weet men van een leven?
wat weet ik van de sidderende angsten
die haar misschien haar leven lang opjoegen
en waaraan bleven haar gedachten hangen
de lange regenende schemerdagen;
waaraan heeft zij haar zachtsten droom gegeven?” (Marsman)

Onverwerkte gebeurtenissen uit het verleden hebben ertoe geleid dat de hoofdpersonages Wolf en Fee het leven niet meer zo leuk vinden. De zeventienjarige Fee, Felicia Hagestein, bevindt zich met haar vriendinnen op een camping in Zeeland. De jongens schuurden met hun tent wel erg dicht tegen die van hen en “het samenzijn tussen de jongens en haar vriendinnen begon steeds inniger vormen aan te nemen.” Fee wil dat niet en vertrekt op zoek naar een andere camping. Ze verstuikt haar voet, komt in noodweer terecht en wordt gevonden door de vijf jaar oudere Wolf, kunstschilder en toezichthouder op de surfaccommodatie van zijn vader. Wolf heeft weinig contact met anderen en heeft een trouwe metgezel, zijn hond Desi, een ‘mensenfluisteraar’ die ervoor hem is is als hij weer een nachtmerrie heeft. “Met schilderen haalt hij de scherpe kantjes uit zijn hoofd.” Wanneer hij Fee ziet wordt hij getroffen door haar blauwe ogen: dezelfde als van zijn stiefzusje Luna. “Fee is twee jaar jonger dan Luna en Sterre. Ouder dan Sterre ooit is geworden. Hij kijkt weg van de blauwe ogen van Fee, hoort in zijn hoofd de schaterlach van zijn zusje.” Een verwijzing naar het verleden!

Moeten!!
Fee voelt zich ook alleen, moet van haar ouders van alles. “Soms voelt het of ik in het verkeerde gezin geboren ben.” Een gezin dat draait op intelligentie en rationaliteit. Ze wordt niet gezien om wie ze is. Alleen haar overleden opa begreep haar toen hij zei: “Ik wil dat Felicia dingen kan doen waar ze blij van wordt.” Gemis speelt ook een rol bij Wolf. Zijn ouders scheidden toen hij zeven jaar was en hij heeft zijn biologische vader altijd gemist in zijn jeugd: “Hoe kon je een vader missen die er nooit geweest was”. Fee blijft een aantal weken bij Wolf en langzamerhand wordt duidelijk – door de vragen die ze aan elkaar stellen – wat ze missen, wat hun trauma’s zijn. Daarmee komt het thema van de roman prachtig naar boven: het zijn de omstandigheden die bepalen hoe je je ontwikkelt. Het zijn de keuzes die anderen voor jou maken die je leven enorm kunnen beïnvloeden. Had men er maar met je over gesproken.

Boekenkrant

Anke Verbraak heeft een meeslepend en fijnzinnig verhaal geschreven dat vanuit het perspectief van Wolf en Fee verteld wordt. Hoewel ze dat niet doet vanuit het ik-perspectief voel en denk je met de hoofdpersonages mee, alsof je door hun ogen kijkt. Ze weet de twee verhaallijnen organisch met elkaar te verbinden.

De auteur geeft Fee de stem die bij haar leeftijd past en Wolf en Fee zijn beiden op zoek naar rust in hun leven, voelen zich in de steek gelaten, hebben geen zelfvertrouwen meer, hebben trauma’s te verwerken, zijn gesloten.

“Alsof je hier niet wilt zijn. Is dat waar het om gaat? Alsof je niet wilt bestaan.”

Wolf zegt over zichzelf: “De kasteelheer die de brug over de gracht heeft opgetrokken en de poort hermetisch heeft gesloten.” Hij gebruikt het schilderen om zijn emoties te uiten. Verbraak zet de flashback in om het verleden te duiden. Zo diept ze bijvoorbeeld de relatie tussen de ouders van Wolf uit, krijgt het verhaal van Luna en Sterre reliëf.

Inzicht en perspectief
Wolf over Fee: “Messcherp is ze. Ze beseft het waarschijnlijk niet, maar onbedoeld zegt ze de dingen die hem raken, die hem aan het denken zetten, die hem weer laten voelen. Allemaal dingen die hij eigenlijk niet wil.” “Misschien dat er ooit een dag komt, waarop hij hun gezichten kan schilderen”. Fee en Wolf maken door met elkaar te spreken een proces van loutering door, krijgen weer vertrouwen in zichzelf. Maar hoe zij uiteindelijk in het leven komen te staan heeft ook effect op de mensen die dichtbij hen staan.

Verbraak neemt de tijd om de psychologische ontwikkeling uit te werken. Enerzijds werkt het vertragend, met name in het eerste deel van het verhaal, anderzijds krijg je er wel een goed ‘doorvoeld’ verhaal door. De auteur houdt dynamiek in het verhaal scherp. Soms doet ze dat door een cliffhanger aan het eind van een hoofdstuk. Fee over Wolf: “Hij zegt geen woord verkeerd en toch voelt ze afstand. Er is iets met die jongen? Wat verbergt hij voor haar”. Of door een subtiele aanwijzing als het litteken op de pols van Wolf. Hij krabt er steeds aan en gaat verborgen onder zijn horloge?

Er valt nog veel meer te genieten in het boek. Zo zijn er de intertekstuele verwijzingen. Should I stay, or should I go van The Clash. Zoek de tekst op en je merkt dat het precies bij de situatie in het boek past. Of de verwijzing naar een expositie met werk van Armando. De tragiek van de mens is een van de thema’s in zijn werk. En kijk ook eens naar de namen in het verhaal en de betekenis ervan. Het past zo mooi bij het verhaal. Waarom zou de hond Desi heten? Ontdek het in deze roman.

Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow

Boeken van deze Auteur:

Water en wolfskers