"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Weymouth Sands

Vrijdag, 6 januari, 2023

Geschreven door: John Cowper Powys
Artikel door: Nico van der Sijde

Een fascinerend gefragmenteerd multiversum, vol met buitenmaatschappelijke excentriekelingen die naar mystieke grenservaringen zoeken

[Recensie] In het jaar 2022 ontdekte ik de vergeten Britse schrijver John Cowper Powys. Jubelend las ik het fraaie Wolf Solent (1929), het ronduit grandioze A Glastonbury Romance (1932) en Powys’ wel heel merkwaardige en eigenzinnige Autobiography (1934). En op oudejaarsdag las ik Weymouth Sands (1934) uit. Weer een heerlijk excentriek boek van deze geweldige excentrieke schrijver: zeker niet zo meesterlijk als A Glastonbury Romance – mijn favoriete boek van 2022! -, maar wel weer erg onderhoudend, intrigerend en inspirerend.

Meerstemmig
Weymouth Sands is om te beginnen heel pluriform en meerstemmig, omdat de naamloze verteller ons meeneemt in de grillige innerlijke roerselen van ruim 20 totaal uiteenlopende personages. Bovendien zijn al die personages opvallend excentriek en ongewoon, en juist daardoor zo aanlokkelijk: hun blik op de wereld is heel anders dan de onze, hun ook voor henzelf onbegrijpelijke psychische onderstromen leiden tot heel andere ervaringen dan bij brave burgermannen zoals u en ik. Zo is er Jobber Skald, een buitenmaatschappelijke sjacheraar die een opmerkelijk intense liefde koestert voor de verweesde Perdita Wane, maar die tegelijk wordt gekweld door zijn obsessieve voornemens om een door hem gehate rijkaard om te brengen en met hem ten onder te gaan. Ook is er de beroemde clown Jerry Cobbold, die zijn afgrondige zelfhaat en zijn al even afgrondige haat tegen heel de mensheid botviert in werkelijk adembenemend groteske harlekinades en bijna schrijnend tragikomische clownerieën.

Zelfdestructieve waanzin
Zijn vrouw, de beeldschone Lucinda Cobbold, is dan weer een vat vol exploderende, destructieve en zelfdestructieve waanzin. Zijn broer Sylvanus Cobbold is een mysticus, die zich op buiten-rationele wijze overgeeft aan koortsdromen over Het Absolute en die poogt in gesprek te komen met de kosmos door allerlei wel heel onconventionele erotische verhoudingen met vaak behoorlijk geaberreerde en soms heel jonge vrouwen. Bijvoorbeeld een lijkbleek meisje wier leefwereld vooral bestaat uit de carnavaleske poppen en verhalen van Punch and Judy-voorstellingen. Ook is er nog een filosoof die het universum in een systeem denkt te kunnen vatten, een leraar Latijn die op even naïeve als ontroerende wijze verliefd is op een jong meisje uit armoedige kringen, een krankzinnige geleerde die via vivisectie en via observatie van de in zijn kliniek opgenomen Sylvanus Cobbold door wil dringen tot de diepst verborgen duistere geheimen van onze wereld en onze geest, een zigeunerin die de wereld opvat als duivelse kluwen vol van redeloos toeval die alleen via tarotkaarten en andere magie nog een beetje te begrijpen valt. Daarnaast zijn er nog diverse andere personages, die allemaal op nog weer geheel andere wijze volkomen excentriek en buiten-conventioneel zijn. En alle personages zijn bovendien heel intrigerend. Want hun excentrieke breinen, en hun al even excentrieke en verrassende perspectieven op mens en wereld, komen bij Powys echt geweldig tot leven.

Excentriek
Door al deze excentrieke pluriformiteit was Weymouth Sands een regelrecht leesfeest, althans voor mij: alle verhaallijnen zijn grillig en verrassend, en er is geen enkel centraal thema dat al deze verhaallijnen overkoepelt. En precies dat ontbreken van elk centrum is in deze roman ook een existentiële kwestie. Veel personages zoeken namelijk vergeefs naar een Centrum dat hun bestaan verankert: een vervullende liefde bijvoorbeeld, of een glimp van Het Absolute, of een ultieme verklaring waarom de dingen zijn zoals ze zijn. En dat doen ze vol intense passie. Maar al die zoektochten zijn volstrekt verschillend, en geen een ervan levert definitieve conclusies op. Behalve dan de conclusie dat er geen conclusies zijn, en dat de zo intens gezochte Hoogste Oorzaak volkomen ontbreekt:

“And it seemed to him that the Absolute, like that Nothingness which must have confronted Mr. Looney before he drowned himself, replied that It was not the First Cause, or the Last Cause, or any other Cause! It simply was Everything, and there was no room in Everything for the Idea of Cause. There was only All there was; and it was the inherent nature, throughout eternity, for All there was to change”.

Ook zijn er diverse prachtig beschreven sublieme natuurervaringen, waarin “iets” bovenzinnlijks en bovenaards zich lijkt te onthullen, maar dan wel op volkomen raadselachtige wijze. Bijvoorbeeld:

“But he stopped today on the crest of the pebbles and gave a deep groan of wonder; for the dawn-mists from the marshes had broken into troops and squadrons of ghostly figures, who, as they swept away over the sea, dissolved into thinner and thinner vapour, until they melted into nothing at all; and it struck Larry’s mind as if he were contemplating a spiritual suicide, as if some phantom Jesus, followed by all his disciples, had decided to perish in the waves”.

Hereditas Nexus

Spookbeelden
Geen waarneming dus van een Hoogste Licht, of van een Hooste Waarheid die het bestaan fundamenteel verheldert, maar de verbijsterende waarneming van in het niets verdwijnende spookbeelden van mist. En die spookbeelden suggereren dan ook nog eens een “spiritual sucide” als van een “phantom Jesus” die verdwijnt in de zee…

Alle personages ervaren in Weymouth Sands kortom op geheel eigen wijze dat de wereld geen enkel centrum heeft, geen enkele betekeniskern, en dus een Ultiem Mysterie is. En precies die – vaak opmerkelijk extatische – ervaring wordt nog extra onderstreept door de centrumloosheid van het boek als geheel: door de volstrekt ongeremde pluriformiteit ervan, waarin je geen enkele centrale verhaallijn of centraal personage kunt ontdekken. Als lezer word je dus geconfronteerd met een chaotisch en mysterieus multiversum, net als de personages. En dat vond ik overweldigend. Te meer omdat de personages, losgezongen als zij zijn van onze burgermannenconventies, wel heel intense ervaringen en verlangens hebben, en geregeld in extase worden gebracht door een toevallige associatie of een natuur-tafereel dat mij nauwelijks zou opvallen. En u evenmin.

Zie bijvoorbeeld hoe Perdita Wane helemaal in verrukking raakt als zij, samen met de mysterieus- vreemde jongen Larry Zed, een onbeweeglijke reiger ziet:

“Breath after breath of incredible pleasure dit Perdita draw. She had never seen such a thing in her days! It was not merely the heron that created the spell that held her. It was the melancholy waste of those brackish marshes behind it. It was the pallid cheeck and blood-red hair of the lad, across whose profile she gazed at the huge bird, and whose fingers she was pressing against her side. It would have puzzled her to put into words the emotions she felt at that moment; but when the heron, catching the sound, one might almost have thought, of the beating of those two young hearts, spead its enormous wings and flipped way over the ditches, there surged within her, with a dark delicious trembling, a particular feeling she sometimes had when she thought of death- its release, its finality, its great escape”.

Dat is naar mijn smaak toch van een werkelijk buitengewoon meeslepende intensiteit. Net als haar latere liefdeservaring met Jobber Skald:

“[A]nd as they pressed their bodies and their faces together they were beyond any definite kisses, just as they were beyond astonishment, surprise, thankfulness, happiness even. He could taste the salt of her tears, pouring, pouring, from what seemed like the whole surface of her face, and she could feel herself rising and falling, up and down, on the crests and throughs of his immense, slow, shaking sobs. It was as if they were not just human lovers, not just sweethearts finding each other again. It was as if they were animals, old, weak, long-hunted animals, whose love was literally the love of bone for bone, skeleton for skeleton, nor any mere spiritual affinity, nor any mere seksual passion. Skeletons, literally, they both were! His face was positively ghastly in its disfigurement, in its tattered raggedness, and hers, though, her features being less pronounced, it showed less emphatically, was the face of the dead come to life”.

Voorbij conventionele grenzen van passie
Een passie dus die voorbij de conventionele grenzen van passie voert, voorbij de geijkte termen als “geluk”, “seksuele vervoering”, “affiniteit” en zo meer. En bovendien een passie die voorbij de grenzen van het gezond verstand beweegt, die de grenzen van het zelfbehoud opzoekt, die door zijn tomeloze intensiteit bijna de grenzen overschrijdt tussen leven en dood en tussen menselijkheid en dierlijkheid. Prachtig!

Weymouth Sands is kortom 578 bladzijden lang gevuld met extatische, vaak zelfs mystieke grenservaringen van diverse uiterst markante en excentrieke personages. De intensiteit van die buiten-rationele ervaringen vond ik meeslepend. En even meeslepend vond ik hoe alle personages ons onderdompelen in de afgrondige mysteriën van onze chaotische wereld en onze minstens zo mysterieuze geest. Ook deze roman van Cowper Powys vond ik dus weer heerlijk.

Eerder verschenen op Hebban

Boeken van deze Auteur: