"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Wie is er bang voor kunstmatige intelligentie?

Maandag, 15 april, 2019

Geschreven door: Onbekend
Artikel door: Gerald Schut

Aartslui boekje toont verschil tussen analogie en analyse

Bij de uitvinding van de auto waren mensen bang. Onterecht blijkt achteraf, dus met kunstmatige intelligentie (ki) zal het ook wel goed komen, schrijft Jim Stolze in een korter-dan-kort-door-de-bocht-boekje.

[Recensie] “Ik schrijf je een lange brief, want ik heb geen tijd voor een korte.” De parafrase van de Franse filosoof en natuurkundige Blaise Pascal (1623-1662) illustreert dat bondig formuleren meer denkwerk vereist dan breedsprakige woordendiarree. Het is dus van een hemeltergende perversiteit als freelance journalisten per woord worden betaald, maar dat terzijde.

Van een overvloedige woordenstroom kan columnist en ondernemer Jim Stolze niet beschuldigd worden. Sterker, een hogere prijs per woord dan voor deze 80 miniatuurpagina’s betaal je alleen voor poëzie en kinderboeken. Helaas blijkt dat hier geen garantie voor een hoge informatiedichtheid.

Stolze gebruikt de helft van het boekje voor anekdotes over hoe hij er in 2009 toe kwam om TEDx Amsterdam te organiseren. Dan blijven er 16 pagina’s over voor de uitgeschreven versie van Stolze’s eigen TED-praatje Wie is er bang voor kunstmatige intelligentie? uit 2017. Hij was zenuwachtig. “Maar precies zoals het publiek  verwacht verloopt zijn optreden glansrijk en vlekkeloos. Net als de andere sprekers plant hij een zaadje in de hoofden van het publiek, waar iedereen verder over kan en zal nadenken,” schrijft hij wanstaltig over zichzelf. Weer een halve pagina voorbij.

Boekenkrant

Stolze begint met een amusant historisch gegeven. Toen de automobiel geïntroduceerd werd, was het verplicht met twee monteurs aan boord te rijden en moest het vehikel overal voorafgegaan worden door een man met een rode vlag. Te voet. Zo bang was men voor de uitvinding. Haha, dommerds! Men was toen bezorgd om werkgelegenheid en veiligheid, precies dezelfde zorgen als nu rondom kunstmatige intelligentie. Niet nodig, want met de auto is ook alles dik voor elkaar gekomen. Mensen zijn door Hollywood-films bang gemaakt voor ki, stelt Stolze zonder onderbouwing. Geen zorgen, want zelfbewustzijn is chemisch veel te complex om in siliconen te vatten, beweert hij eveneens in het wilde weg.

Zorgen om verdwijnende banen door innovaties in het verleden bleken altijd ijdel. Hier introduceert Stolze eindelijk een referentie: een TED-talk van de MIT-econoom David Autor. Dus dat zal opnieuw wel weer goed komen, denkt Stolze. Regulering zal volstaan om alles in goede banen te leiden, sterker ki zal ons bevrijden van saai werk. Het is jammer dat Stolze niet serieus ingaat op zorgen van denkers over ki. Met zijn redenering dat auto’s veilig bleken en ki dus ook veilig is, onderstreept hij het verschil tussen analogie en analyse. Zo blijft de analogie een stroman. Dit soms amusante boekje is op geen enkele manier geruststellend.

Eerder verschenen in TW