Friezen en Vikingen in het kustgebied van de Lage Landen
[Signalering] Stoer waren ze. En krijgszuchtig. Dat gold zowel voor de Friezen als voor de Vikingen. Velen zagen hen als heidense piraten en plunderaars. Het is maar net vanuit welk perspectief je keek. De Friezen lieten zich in de vroege Middeleeuwen niet zonder meer bekeren tot het christendom. Ook vonden ze het niet fijn om zich te onderwerpen aan het gezag van vreemde overheersers die uit waren op economisch en politiek gewin, of natuurlijke grenzen voor hun machtsgebied. Ze hechtten veel waarde aan hun eigen rechten en vrijheden. Ook de zeevaarders uit noordelijker streken die we kennen als Noormannen of Vikingen, lieten zich door niets en niemand weerhouden in hun streven naar buit: plunderend en brandschattend baanden zij zich een weg door de wereld. Meedogenloos, maar soms ook heel pragmatisch als het hun van pas kwam. Piraten konden zich dus ook ontpoppen tot reguliere bestuurders en handelspartners.
Je zou denken dat Friezen en Vikingen elkaars tegenpolen waren en altijd tegenover elkaar stonden. De tentoonstelling Wij Vikingen in het Fries Museum en het bijbehorende boek laten zien dat Friezen en Vikingen juist veel met elkaar gemeen hadden. Als zeevaarders en handelaars wisten ze elkaar te vinden en hadden ze elkaar soms ook nodig. Een Fries kon tegelijkertijd ook Viking zijn! Vooral archeologische vondsten laten goed zien hoe mensen leefden en werkten, welke handel ze dreven en, soms ook, dat ze de buit met elkaar deelden.
—
Eerder verschenen in Geschiedenis Magazine
