"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Zendingsdrang

Dinsdag, 29 januari, 2013

Geschreven door: Richard de Nooy
Artikel door: Daan Stoffelsen

Dood en verderf en een raadselachtige profeet

Ik heb dit boek al drie keer gelezen. Eenmaal een kort verhaal eruit voor De Revisor, eenmaal een voorpublicatie voor Athenaeum, en toen het hele boek, gewoon, voor mezelf. Het werd niet alleen steeds een beter boek, het was bij elke lezing ook een ander boek: het spel met genres, opvattingen, toon en stijl maakt Richard de Nooys Zendingsdrang, een roman over dood en verderf vanuit een soort Pieter Baancentrum, spannend, intrigerend, raadselachtig.

De vorige twee romans van De Nooy (1965), Zes beetwonden en een tetanusprik (2008) en Zacht als staal (2010), heb ik niet gelezen, ga ik nu wel doen, maar net als Zendingsdrang zijn die geschreven vanuit het perspectief van Remco de Heer. In het buitenland is zijn roepnaam ‘Deo’, oorlogscorrespondent en romancier, opgepakt wegens een vechtpartij en de vondst van een afgesneden vinger in zijn bagage. Hij zit in zijn observatieperiode, in afwachting van berechting. Nee, dat zeg ik niet goed. Het is een pakket losse aantekeningen, korte verhalen, preken en scènes, gebundeld door zijn broer. Dus begint het boek met een ‘zeldzaam gezellige visitatie’ en een misverstand over Deo’s Zuid-Afrikaanse afkomst (iedereen baie dankie’t hem), maar volgt daarop een eerste observatie in een totaal andere stijl:

‘Observandus is rustig en weinig spraakzaam. Reageert nauwelijks op vragen.

Obs lijkt in goede fysieke gezondheid te verkeren en is goed verzorgd. Ruikt naar zeep en aftershave. Heeft baard laten staan maar hoofd is kaalgeschoren, waardoor uiterlijk afwijkt van foto geleverd door huis van bewaring.

Ons Amsterdam

Obs is in staat zelf zijn spullen op te ruimen en heeft dat netjes gedaan zonder overdreven zorg. Obs merkt dat de onderste plank nog nat is van de allerlaatste poetsdoek, ruikt dat de schoonheid van citroen en eucalyptus het alweer moeten afleggen tegen de eeuwige, onuitroeibare rioollucht, hoort de trein en ziet de spoorlijn als twee stalen regels waarop zovelen hun afscheidsbrief hebben geschreven.’

Gecursiveerd en wel, objectief genoteerd. Of? De Nooy begint hier al zijn spel met de lezer, voegt overbodige informatie toe (‘zeep en aftershave’) en dingen die alleen ‘obs’ zelf kan weten. Er vormt zich, naast de belevenissen van de ik, een tweede, een iets ironischer verhaallijn: ‘Obs werpt een blik op de huisregels en vindt het enigszins zorgwekkend dat “Gij zult niet doden” niet bovenaan de lijst te vinden is, want daar staat: “Vriendelijk verzoek om uw kamer te allen tijde schoon en netjes achter te laten.”‘

Met stok en hakmes vrouwen en kinderen afwachten

De geobstipeerde Deo zit dagenlang op het toilet te schrijven, in de hoop op verlichting. Die pennenvruchten krijgen wij, en behandelend psycholoog Eugène Hauptfleisch, ook te lezen. ‘Zeep’, waarin een kindsoldaat zijn handen schoonhoudt met een AK-47, maar omkomt bij zijn ontmaagding, is een uiterst sterk verhaal, met precies de goede toon:

‘We moesten allemaal heel hard lachen omdat we wisten dat Meneer Unigwe zijn belofte zou nakomen en omdat we wisten dat niemand zo stom zou zijn om zijn Zeep te begraven. Dat zou hetzelfde zijn als je eigen penis begraven. Bovendien wisten we maar al te goed hoe het was om zonder Zeep te leven, hoe vervelend het was als je de taak had om met stok en hakmes in de bosjes te wachten tot de Gazellen kwamen: de lafaards, vrouwen en kinderen die uit de dorpjes wegvluchtten als wij aanvielen.’

(Dat geldt overigens ook voor de verhalen die niet in De Revisor zijn beland. Ze volgen de brandhaarden en tragedies van de wereld van nu: Joegoslavië, Israël, vrouwenhandel, activisme. De omstandigheden zijn beroerd en dwingend. Iedereen gaat dood. En elk verhaal heeft een eigen toon, net als Deo’s medebewoners in de instelling: personages hebben een eigen stijl en worden individuen. Dat onderscheidt Zendingsdrang van een roman met een vergelijkbaar decor als A.F.Th. van der Heijdens Schervengericht, zij het dat die roman wel meer focus heeft door de tweestrijd tussen de twee hoofdpersonen, en daardoor spannender is.)

Deo kan aandacht geven. Net als God

Deo weet dat hij bang moet zijn voor de anderen in de inrichting, voor zijn verleden, voor zichzelf. Als je eenmaal doorhebt wat er op het spel staat voor Deo, vraag je jezelf, net als zijn behandelaars en begeleiders, af: is deze man ontoerekeningsvatbaar? Zijn toiletschrijverij is wat eigenaardig, toegegeven, maar de humor en intelligentie waarmee hij zijn behandelaars en begeleiders bejegent, de empathie waarmee hij zelfs met de ergste moordenaar in gesprek gaat, dat getuigt van een warme menselijkheid. En zijn cynisme is gemakkelijk verklaarbaar, als je leest hoe hij werkte, op de achtergrond, op of achter de frontlinies, waar de verhalen ontstaan die niemand meer wil lezen – zo gruwelijk zijn ze.

De Nooy lokt je in een val van sympathie, van begrip, en Deo begint je toe te spreken, in lijn met de titel misschien: toe te preken.

‘U begrijpt toch hoe dit werkt, beste lezer? Hoe makkelijk het eigenlijk allemaal is? Moet ik het uitspellen? Zij willen allemaal hetzelfde. Net als u. “Wat is dat dan, Meneer Deo?” hoor ik u roepen. Aandacht. En ik kan dat geven. Net als God. Want Hij luistert ook altijd. Daarom bidden mensen zo graag.’

Maar je weet ook dat hij onbetrouwbaar is, al was het maar omdat hij zijn broer, de samensteller, doodverklaart, en omdat de verschillende lijnen – ik, obs, de korte gruwelijke verhalen, al die verschillende onderdelen van het pakket schrijfsels – elkaar tegenspreken. In de slotfase van het boek gooit De Nooy alles om: er komen complottheorieën naar boven, de waanzin breekt los en de magie bubbelt op. Die laatste hoofdstukken doen je versteld staan. Wat gebeurt hier? Wat wil De Nooy hiermee? Wat moet ik ermee? Dat zijn geen slechte vragen, hooguit voorbarige — ik hou mijn collega’s in de gaten houden voor grootse inzichten —, maar vooral zijn het aanwijzingen dat dit sterke literatuur is.


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.

Boeken van deze Auteur:

Van kleine helden