Wat groente betreft geen vier maar zes seizoenen
[Recensie] Joshua McFadden is gepassioneerd kok en al vanaf zijn jeugd bezig met seizoensgroenten en de pure smaak van alles wat zo van het land komt. De ware magie voltrekt zich niet in de keuken maar op de boerderij, in de boomgaarden en in de mossige bodem van het bos, lees ik in zijn voorwoord. En dat is zo waar. Een goede maaltijd begint met goede ingrediënten en de meeste groenten en fruit zijn het lekkerst als ze gegeten worden in het juiste seizoen. Van een waterige, bleke tomaat kun je nooit een lekker volle en smakelijke tomatensaus maken. In Zes Seizoenen tref je een keur aan inspiratie aan om goed, eenvoudig en lekker te koken met groenten en fruit van het seizoen.
Het boek is ingedeeld per seizoen en de zomer is daarbij opgedeeld in vroege zomer, midzomer en nazomer omdat er in de zomer nou eenmaal het allermeest geoogst kan worden. Lente, herfst en winter ontbreken uiteraard ook niet.
Het boek begint met allerlei aanraders voor je voorraadkast. Wat moet je minimaal in huis hebben om de dagelijkse maaltijd elke dag om te toveren in iets bijzonders. Dan volgen er een aantal standaardrecepten. Denk hierbij aan croutons, paddenstoelenboter of verschillende soorten deeg. Het eerste seizoen dat wordt behandeld is de lente. Het seizoen van de tere groente die je vaak niet eens of maar heel kort hoeft te koken. Denk aan artisjokken, asperges, sugar snaps, doperwtjes en tuinbonen. Dit hoofdstuk staat vol met lekkere recepten met deze groenten.
In de vroege zomer eten we bleekselderij, jonge worteltjes en venkel en in midzomer zijn groenten als broccoli, bloemkool, komkommer en sperziebonen op z’n lekkerst. In de nazomer eten we maïs, aubergine, tomaten en paprika’s. De drie hoofdstukken staan vol met ideeën om deze groenten te verwerken in mooie gerechten. Denk bijvoorbeeld aan vier manieren om maïs te bakken, bloemkoolragout, bleekselderij crèmesoep en pittige paprika-kaasdip met ‘nduja (dit is een smeerbare verse worst uit Calabrië). In de hoofdstukken over de herfst en winter vind je recepten met snijbiet, prei, paddenstoelen, kool en knolselderij.
Bij iedere groente lees je een vrij uitgebreide uitleg over de smaak, de textuur en wanneer en hoe je hem het beste kunt bereiden en eten. Hier en daar worden in de recepten ingrediënten gebruikt die misschien wat lastig te krijgen zijn, maar er zijn vast alternatieven te vinden. Bovendien geeft het je de vrijheid waar het bij koken om gaat: geef er je eigen draai aan. De omschrijvingen zijn helder en makkelijk te volgen.
Zes seizoenen is een fijn kookboek dat vol staat met inspiratie waar je lang plezier van zult hebben. De recepten kun je makkelijk stap voor stap volgen maar ze geven ook voldoende ruimte om je eigen draai eraan te geven. Daarnaast is het gewoon ook nog eens een heel leuk boek om in te bladeren, want de foto’s zijn prachtig en zorgen er gegarandeerd voor dat je trek krijgt.
—
Eerder verschenen op Kookboekennieuws.nl
