"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Zwart kwartier

Zaterdag, 10 juli, 2021

Geschreven door: Friso Leunge
Artikel door: Henk Vlaming

Prikkelende psychologische thriller lijdt onder gekunstelde gruwel

[Recensie] Zwart kwartier is zo’n boek waarvan je je afvraagt of de schrijver het maximale uit het onderwerp heeft gehaald, of dat hij het onderwerp juist tekort heeft gedaan. De psychologische thriller draait om Axel Esser, die probeert zijn jeugd te reconstrueren na de dood van zijn vader en zijn vrouw. Zijn moeder overleed toen hij klein was, zijn vader verzorgde hem zonder aandacht of affectie. Schoolvriendje Timmy verdween spoorloos, zonder dat zijn stoffelijk overschot werd gevonden. Zijn geïsoleerde kinderjaren maakten hem tot een solitaire volwassene die beter gedijdt als vreemdganger dan als echtgenoot. 

Als volwassen man heeft Axel nauwelijks nog een band met zijn vereenzaamde vader, tot die hem op zijn sterfbed toebijt zijn leven verpest te hebben. Waarna Axel diezelfde nacht tegen een boom rijdt. Zijn vrouw overleeft het niet, Axel wordt halfdood opgelapt in het ziekenhuis, waarna hij maanden revalideert 

Tijd genoeg om te beseffen dat hij van het laatste kwartier voor het ongeluk niets meer weet, ondanks zijn fotografisch geheugen waarmee hij als politieman spraakmakende zaken oploste. Wat hij wel weet is dat zijn vrouw tijdens die fatale autorit een onthulling deed, waarvan hij zich echter niets herinnert.

Vanaf dat moment begint de speurtocht naar de oorzaak van het ongeluk, de onthulling van zijn vrouw en het verwijt van zijn vader. Naarmate Axel verder teruggaat in de tijd, komt zijn vermiste vriendje Timmy scherper in beeld.

Boekenkrant

Dit soort verdiepende thrillers moet het hebben van de ontwikkeling die de personages doormaken. Een gewaagde aanpak in een genre dat zich juist kenmerkt door mysterie, daadkracht en snelheid. Aan die laatste twee ontbreekt het in Zwart kwartier, waar misdaad en speuren de tweede viool spelen.

Dat lijkt ook te zijn doorgedrongen tot de schrijver, want halverwege trommelt hij een boef met snode plannen op. Het verhaal kan inderdaad wat pit gebruiken, want Alex’ voortschrijdend inzicht in zijn jonge jaren vordert traag. Het is dan genoegzaam bekend dat zijn ego steeds zwaarder op de proef werd gesteld naarmate zijn loopbaan dieper in het slop raakte. Hij sleet zijn dagen op het politiebureau waar hij al jaren niets bijzonders meer presteerde, afgezien van het verleiden van de kantinevrouw.

Daarna is het gedaan met de prima karakterschetsen en moet de voortgang in het verhaal uit een ander vaatje tappen, dat de schrijver wellicht niet kon vinden. Wat zich wreekt is de monotonie. Afgezien van Axel en zijn dode vader komen er nauwelijks andere personages van betekenis voor, afgezien van een bijrolletje voor Axels nieuwe vriendin. De gewetenloze schurk die zich mengt in het verhaal vult dit hiaat op, ook al heeft hij niets van doen met Axels jeugd.

Zo sluipt er iets gekunstelds in deze psychologische roman die zich kenmerkt door een prima schrijfstijl waarmee de schrijver de herinneringen in Axels hoofd typeert als neerdwarrelende papiersnippers. Er was geen tastbaar verdriet, geen woede. Niks.

De voorspelbaarheid wint het echter van het sterke schrijven. Geheel volgens verwachting hervindt Axel zijn geheugen, achterhaalt hij de waarheid over zijn vermiste vriendje en komt het tot een clash met de schurk. Het intrigerende begin is verworden tot een gewone thriller die een flinke scheut gruwel niet uit de weg gaat.

Laten we het erop houden dat een debutant nog veel moet leren. Hopelijk heeft deze veelbelovende schrijver genoeg inspiratie om op herhaling te gaan.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles