"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Uit de hoek 22: Een tragedie van goede bedoelingen

zondag, 4 juli 2021

Ik ga er maandag naar toe, met vrouw en kinderen. Naar Quo vadis, Aida, de film over de val en het bloedbad van Srebrenica dat zich afspeelde van 11 tot en met 13 juli 1995. Waarna het stil werd. Onaangenaam stil.

Mijn jongste, een voormalig gymnasiast en eerstejaarsstudent biologie weet niet wat zich ruim 25 jaar geleden in Srebrenica heeft afgespeeld. Een gebrek in zijn opvoeding, zeker. Ter verdediging: hij heeft zulke dingen ook nooit willen weten: ‘Boeiûh!’ Trouwens, ik zag een paar weken geleden in de bioscoop De slag om de Schelde en ik moet toegeven dat ik daar zelf maar bar weinig van af wist. Terwijl de Tweede Oorlog mij van huis uit altijd erg heeft beziggehouden en geboeid. Je kunt niet alles weten, zegt de platitude dan.

Toen ik mijn kinderen, beiden gymnasiasten, jaren geleden eens meenam naar het opgeknapte Rijksmuseum, konden ze me van alles vertellen over de voorstellingen die te maken hadden met de klassieke mythologieën. Maar de nog talrijker geschilderde bijbelse taferelen zeiden hun hoegenaamd niets. Ook een kwestie van opvoeding: ik heb het thuis nog wel meegekregen. Met de paplepel: ‘En bek dicht! Zie mijn roman Zes broers en een zus. Ik vind dat er op scholen ook wel aandacht aan moet worden besteed, maar ze hebben het al zo druk, de docenten: ik weet het.

In De Volkskrant van 1 juli stond een interview met de Bosnische regisseur van Quo vadis, Aida, de Bosnische Jasmila Žbanić. Zij zei: ‘Ik hoopte altijd dat iemand anders deze film zou maken, maar er kwam geen andere film van de grond.’

Foodlog

Zelf dacht ik dat indertijd ook over de literatuur. Waarom schreef niemand daar nou een novelle of roman over? Zoals W.F. Hermans In IDe slag om de blauwbrug over het Amsterdamse slagveld vanwege het kroningsoproer in 1980 dat ontstond onder het motto ‘Geen woning, geen kroning’.

Woningen zijn er nog steeds niet genoeg (scheefwoners zat), maar een literaire verwerking van het toch ook voor ons land traumatische Srebrenica-drama is er ook niet. Indertijd hield me die affaire een tijdlang erg bezig en ik probeerde voor mezelf de deksel van de doofpot te krijgen en vat op die verschrikking door er een novelle over te schrijven. 20.000 woorden, zo’n 50 pagina’s. Ik las alles waar ik de hand op kon leggen. De titel: Zombie. De ondertitel: ‘Een tragedie van goede bedoelingen.’

Een fragment:

“Wij zitten op onze basis in de bunker. Het lijkt wel of het daarbuiten onweert en hagelt. Maar zo erg kan het weer zelfs hier niet tekeergaan. We zijn bang, natuurlijk. Twee van ons kunnen van angst hun urine niet vasthouden. Peacekeepers zijn we, maar mooi dat we in onze broek piesen. Even verderop vallen doden, zoveel is zeker. En daaronder zullen ook vervelende, maar onschuldige burgers zijn. In mijn pauze – alles blijft gewoon volgens de reglementen gaan, orders van Snorremans – luister ik via m’n walkman naar The Cranberries. Het nummer ‘Zombie’ zet ik keer op keer op. Het refrein met de herhaalde zinsnede ‘in your head’, gezongen met een uithaal door een ijle, hoge vrouwenstem, zal ik de daaropvolgende dagen niet meer uit mijn hoofd krijgen. ’s Middags begint het te regenen, een zenuwachtige en kriebelige regen, en houdt het onnatuurlijke onweer op. ‘And the violence caused such silence.’ Het is een stilte die zwanger gaat van gevaar.”

Onzeker over of het wel klopte en of ik de juiste toon had gevonden liet ik het lezen aan mijn vrouw en een goede vriend. Ze vonden het oké, aarzelend in hun oordeel omdat er nog zoveel onduidelijk was in die jonge, nare geschiedenis. Dat begreep ik natuurlijk wel. Maar ze vonden het beslist de moeite waard om het op te sturen naar een paar uitgeverijen, waar ik een hekel aan had omdat ik al een paar keer, ontmoedigend vaak, het lid op de neus had gekregen.

De uitgeverijen reageerden met standaardbrieven en iets in de trant van: we bespeuren wel enig talent, dus we raden u wel aan door te gaan met schrijven.

Dat kende ik. Dat had ik al tien keer te horen gekregen. Moedeloos werd je ervan. Het was reden om er maar weer helemaal mee op te houden.

Toch pakte ik een tijd later de pen weer op. Het bloed kruipt en de inkt niet minder. Pas dertig jaar later zag ik de kans schoon om dan maar zelf een uitgeverij te beginnen. En ja, ik moet die novelle ook weer eens gaan herlezen. Heeft iemand met meer dan gemiddelde kennis van zaken van het drama van Srebrenica interesse als proeflezer? Want de novelle is geen literatureluur, maar ook geen reportage, wèl precaire stof: vandaar.

Van Marc Schoorl (Wassenaar, 1962) verschenen in onder meer De Gids, Vrij Nederland en De Groene Amsterdammer literaire artikelen en beschouwingen. De laatste tien jaar werkte hij vooral aan zijn ‘grote trilogie’ Autobiografie van een romanpersonage. Deel 1 is Zes broers en een zus dat in december 2020 verscheen. Het werd deels als feuilleton gepubliceerd op Bazarow.com.
Deel 2 en 3 zullen in 2021 verschijnen.


Column Edwin Stok: De veelvoudige ironie van de duurdere boeken, kunst en cultuur

zaterdag, 18 mei 2024

Er schuilt heel wat ironie in de plannen van de rechtse coalitie van Nederland. De BTW op boeken, k...


Tiktok kinderboek: Meester Jesper. De Tiktok Battle

zaterdag, 18 mei 2024

Door Nico Voskamp Meester Jesper is een fenomeen. Op Wikipedia startte hij in 2020 zijn TikTo...


Citaat van de week: Kinderen

vrijdag, 17 mei 2024

"Waar ik wel in geloof, met elke vezel van mijn lichaam, is het kind. Ik geloof in de kansen die ve...


Nieuws: Schrijvers over het nieuwe kabinet

vrijdag, 17 mei 2024

In de kranten en op de socials laten Nederlandse schrijvers zich massaal uit over het nieuwe kabine...