"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Recensie: Boze zomer

Zondag, 26 november, 2023

Geschreven door: Jan-Willem Anker
Artikel door: Nico Voskamp

Klimaatcrisis, seks en slap gelul

Een ietwat warrig verhaal lijkt het, als we Boze zomer van Jan-Willem Anker beginnen te lezen. Dat wordt niet beter op de helft van het boek, en ook niet aan het eind. Jan-Willem Anker bewandelt in dit epos meerdere meerdere wegen, die niet allemaal samenkomen in een soort van finale, een slotakkoord, of beter nog, een klimaatakkoord. We kunnen zelfs niet spreken van een pointe.

Hoe komt dat zo? Leest u maar even mee. Boze zomer speelt zich af in een dichtbije toekomst waarin Nederland een buitengewone droogte ervaart en zich een politieke en maatschappelijke crisis ontspint die zijn weerga niet kent. Journalist Hajo krijgt kennis aan een aantal linkse activisten waar zijn ex Karine ook bij aangesloten is. Een klimaathel en een relatiecrisis, wat te doen?

Waterwezen
Geen idee, ook niet als het verhaal afgelopen is. Anker levert geen antwoorden, alleen situaties die spelen. En uit de hand lopen. En opgelost zouden moeten worden. En dat niet gebeurt. Zoals nu in 2023 beslissingen voor het klimaat nog altijd niet gemaakt worden. Maar dan in die dichtbije toekomst.

Het verhaal begint als protagonist Hajo naar zijn nieuwe vriendin Ina gaat: “mijn nieuwe vlam in het waterwezen”. Dit omdat ze bij Rijkswaterstaat werkt, dus. Ze praten wat, drinken wat, neuken wat, o nee, het blijft bij knuffelen:

“Ze kroop tegen me aan en legde haar hand op mijn borst. Met haar warme voeten wreef ze over mijn kuit. Het was fijn om zo beetgehouden te worden. Ik vestigde al mijn aandacht op die hand. De erectie verflauwde, het verlangen stroomde weg, de slaap daalde in.”

Dans Magazine

Hajo schrijft artikelen over het klimaat, krijgt daar duizenden likes op, wat zijn redacteur weer tevreden stelt: hij “had het over ‘ruim voldoende online-resonantie’”, en hij wordt gevraagd “om iets in dezelfde sfeer te schrijven. Het mocht ook wat langer zijn: achthonderd woorden.”

Vanuit die basisgegevens bouwt Anker het verhaal, en het leven van Hajo, op. Het lijkt erg op het leven van een communicatieadviseur op het gebied van klimaatadaptatie, die zijn leven leeft tussen enerzijds de activisten en anderzijds zijn geliefde, waarbij die twee werelden elkaar af en toe speels raken:

“Op een zoveelste godvergeten zonovergoten dag kreeg ik een appje van Dennis. Ik zat op mijn plantloze balkonnetje in de schaduw van mijn luifel met een glas ijslimonade en grasduinde door wat ecosocialistisch pamfletmateriaal dat hij me zonder verder commentaar per mail had opgestuurd. Over de vloek van privé-eigendom en blinde economische groei, over gratis openbaar vervoer en deelauto’s en minder werken. De voorgestelde oplossingen voor het kapitalistische probleem waren bijna altijd even creatief als onwaarschijnlijk.

Fight4Climate
In zijn app vroeg Dennis of ik die avond zin had om naar een lezing van Karine te komen… Het ontging me waarom hij in de veronderstelling was dat een lezing van Karine me zou interesseren. We appten even heen en weer. Ik nam aan dat hij betrokken was geraakt bij Fight4Climate, maar zijn actiegroep heette Rode Liefde. De groep was pas opgericht…”

Life as usual dus in de klimaatbisnis, maar we krijgen niet veel meer voorgeschoteld dat eerdergenoemde schermutselingen. Anker poogt wel spanning op te bouwen, maar slaagt daar matig in. Dit boek is het net niet, geen aanklacht maar ook geen verdediging; het maakt een fletse indruk. Het klimaatdebat verdient een furieuzer verhaal.

Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow

Boeken van deze Auteur: