"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Brave honden halen de Zuidpool niet

Woensdag, 9 december, 2020

Geschreven door: Hans-Olav Thyvold
Artikel door: Patrice van Trigt

Het is een indrukwekkend relaas over een ondenkbare expeditie in die tijd

[Recensie] Tassen is de trouwe viervoeter van majoor Thorkildsen en zijn vrouw. Als iets oudere pup is hij door de majoor mee naar huis genomen en het was meteen een vriendschap voor het leven. Wanneer de oude baas op een dag komt te overlijden blijft Tassen bij zijn vrouwtje. Hij heeft eigenlijk nooit eerder overwogen naar haar te luisteren, daarbij is ze nogal overdreven praatgraag waar Tassen tevreden is met rust en regelmaat. Maar vanaf nu moet hij wel, hij heeft geen keus.

‘Zo zal het altijd gaan. Hoe je ook draait, je gat zit achteraan.’

Mevrouw Thorkildsen is in diepe rouw om het verlies van haar man en raakt zichzelf kwijt in haar verdriet. Tassen is haar enige aanspreekpunt en reden om uit bed te komen. Op zijn beurt geeft hij haar graag de aandacht die ze in zijn ogen verdient. Hij is een zelfbewuste hond en weet dat hij van haar afhankelijk is, maar zij ook van hem. Na wat eerste onwennigheid en het zoeken naar de juiste dynamiek in de nieuwe roedel kunnen ze het prima samen vinden. Ze kletsen samen heel wat af, vooral over de avonturen van Roald Amundsen raakt mevrouw Thorkildsen maar niet uitgepraat. Tassen, trouw als hij is, luistert gefascineerd naar het verhaal waarin honden een grote rol spelen, maar denkt er ook meteen het zijne van. De Zuidpoolexpeditie van weleer is heel interessant maar mevrouw Thorkildsen maakt het allemaal net een beetje té levendig naar Tassens zin. Maar ja, wat moet hij? Hij kan er slechts commentaar op leveren, alsof iemand naar hem luistert…

‘Fido zat negen jaar lang bij zijn graf.’ Oké? Had Fido zichzelf niet beter voor zijn kop kunnen schieten en zich bij papa in de kist kunnen voegen?’

Boekenkrant

Ooit een filosoferende hond ontmoet? Eentje die zijn poot er niet voor omdraait de menselijke trekjes te evalueren, exact op de manier zoals wij naar onze dieren kijken? Tassen, die zichzelf met gemak meet aan Freud, beschouwt de mens als ‘niet bijzonder snelle, naakte apen.’ Hij vindt zichzelf helemaal de bom, hij is zeer zeker geen gevalletje ‘canis stupidus’. Die arrogantie pakt ontzettend grappig uit, de beeldende schrijfstijl verrijkt die beleving enorm.

Meteen vanaf de eerste pagina is het duidelijk de insteek van de auteur om grappig én serieus tegelijkertijd te zijn. Tassen gebruikt hij vooral om een scherpe kijk op zaken te laten ventileren en de menselijke tekortkomingen, althans volgens de hond, aan het daglicht te stellen.

Een boek vanuit het perspectief van een hond die geen last blijkt te hebben van valse bescheidenheid wekt bij mij als hondenliefhebber altijd interesse. Met deze roman weet Hans-Olav Thyvold me meteen te fascineren door zijn manier van vertellen. Het is meer dan eens dat ik hardop zit te lachen om de denkwijzen van Tassen en zijn droge humor die hij rijkelijk met de lezer deelt. De vlotte schrijfstijl en het kneuterige sfeertje tussen mens en dier zorgen voor een prettige leesflow. De combinatie van humor, emotie en non-fictie pakt goed uit. Ondanks de mooie elementen als liefde en vriendschap tussen hond en bazin, rauwe emoties en eenzaamheid is vooral de eerste helft van het boek gewoon heel grappig en verfrissend, ik vermaak me prima. Maar dan is er een omslag. Het verhaal staat, je kent de personages en de dilemma’s waarmee ze te maken hebben ook. De grapjes blijven maar zijn niet nieuw meer, het verhaal stagneert. Ineens gebeurt er niets meer dan verrast, het verhaal sijpelt door, herhaalt zichzelf geregeld en wordt langdradig. Het staat volledig in het teken van het andere verhaal in het boek.

Ondanks de blijvende scherpe humor die Tassen eigen is en de meelijwekkende situatie waarin hij en zijn bazin zitten was het uitlezen van dit boek hierdoor op een bepaald moment zelfs een opgave. Mevrouw Thorkildsen verliest zich niet alleen in haar verdriet maar ook in het verhaal van Amundsen. Ze slaat daar volledig in door en betrekt Tassen in haar uitvoerige visie en uitleg. Thyvold verliest zich, net als zijn hoofdpersonage, helemaal in het vertellen over de Zuidpoolexpeditie. En dat duurt te lang, is veel te gedetailleerd en op een uitzondering na, saai.

Waar de auteur me in eerste instantie dus mee verraste ging me dat naarmate het verhaal vorderde tegenstaan. En dat vond ik oprecht jammer, het begon zo veelbelovend! Het verhaal van Amundsen is waargebeurd en wereldwijd in boekvorm verschenen. Het is een indrukwekkend relaas over een ondenkbare expeditie in die tijd. De interpretatie van dit avontuur door mevrouw Thorkildsen is zo ruim bemeten en uitgevoerd dat ik het idee had soms twee boeken door elkaar te lezen, en dat was geen pretje. Het enthousiasme vanaf het begin heb ik niet kunnen vasthouden, dit boek zou met minder details over Amundsen mooier en meer beklijvend zijn geweest. De ludieke manier van omschrijven is vooral in het begin verfrissend en vol humor. De manier waarop Tassen soortgenoten evalueert, hoe hij zijn best doet voor iedereen, zijn kijk op de wereld, de verschillen tussen mens en dier, het gebrek aan instinct bij de mensen vanuit zijn beleving en de omschrijvingen die Tassen geeft aan zaken die hij waarneemt zijn soms geniaal verwoord. Vooral ook de filmische beschrijvingen over de ‘jachtexpeditie’, en de taakverdelingen binnenshuis zijn memorabel, hartverwarmend.

De kracht van Brave honden halen de Zuidpool niet is absoluut hond Tassen. Hij is scherp, cynisch, sarcastisch maar ook grappig, trouw, loyaal en zorgzaam. Het is dankzij hem dat ik het boek heb uitgelezen.

Ik.
Jij en ik.
Roedel.

Alhoewel het dus zeker niet aan Tassen ligt kom ik niet verder dan 2,5 ster. De nadruk op de poolexpeditie van Amundsen was te veel van het goede voor Tassens eigen avontuur dat oprecht glansrijk begon.

Eerder verschenen op Perfecte Buren