"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Recensie: Films die nergens draaien

Maandag, 22 april, 2024

Geschreven door: Yorick Goldewijk, Yvonne Lacet
Artikel door: Nico Voskamp

Kijken waar andere mensen niet kijken

Wie niet geraakt wordt door dit boek heeft een hart van beton. Dat is een boude bewering, maar waar. Yorick Goldewijk zet een glinsterend verhaal neer met alle elementen die ertoe doen. Spanning, melancholie, verdriet, eenzaamheid, dood, verlies en natuurlijk geluk. Al komt dat pas op een heel laat moment.

Kneitergek verhaal
Maar dat gaan we niet verklappen natuurlijk. Het is veel beter dat u gewoon het boek koopt, leent of achterover drukt bij vrienden en het in een rustig hoekje gaat zitten lezen. Smoezen als “ik heb niet genoeg concentratie voor een lang verhaal” of “ik wacht wel op de film” of “boeken boeien me niet” kunnen allemaal van tafel geveegd worden. Ga gewoon lezen en word ondergewaterboard in een kneitergek verhaal. Meer superlatieven ga ik niet gebruiken want in de dertiende druk van 2023, die ik rijkelijk laat inderdaad las, zijn de eerste twee pagina’s al volgeplempt met complimenten van de Griffeljury 2022, en 17 quotes uit de pers. Bovendien won het de Gouden Griffel 2022. Er zijn kortom, meer mensen die het boek de moeite waard vinden.

Voor de paar stervelingen die het nog niet gelezen hebben: het meisje Cato woont samen met haar uitgebluste vader in een huis. Haar moeder stierf bij haar geboorte – dat moet haast wel zijn verslagenheid verklaren. Voor Cato valt dat niet mee. Zeker niet omdat ze een slim, ondernemend meisje is dat zich geen knollen voor citroenen laat verkopen.

Vastbesloten niet zoals haar vader te worden, slaat ze zich door het leven heen. Op een dag ontdekt ze dat LUX, een oude leegstaande slash vervallen bioscoop, nog springlevend is. Daar draaien films die nergens draaien. Daar moet ze meer van weten. Ze gaat op onderzoek uit, vindt mevrouw Kano die de bioscoop een soort van beheert en haar meteen vraagt om te komen werken in de bioscoop. Vanzelfsprekend is dat absoluut geen normaal werk.

Als lezer volg je de fantasmagorische reis van Cato met ingehouden adem. Ze valt van de ene verbijstering in de andere nachtmerrie. Er is een traject gestart waar ze geen weet van had en erger nog, geen idee heeft waar het eindigt.
Goldewijk bouwt een heerlijk verhaal met die onzekere/dappere hoofdpersoon. Hij geeft haar brutaliteit mee, boosheid, verdriet – ongeveer zoals een mens. De andere personages schragen het verhaal perfect. De vader met zijn uitgeblustheid, de bioscoopmevrouw met haar raadsels, de waarschijnlijk gemene Cornelia, en de deus ex machina die haar werk uiterst nauwgezet uitvoert.

Onnavolgbare taal
De taal van het boek verdient een eigen vermelding – die is onnavolgbaar. Goldewijk mixt straattaal met emotie met grofheid en droge humor, en zet dat in de enige juiste volgorde. Zoals wanneer Cato Dikkie ontmoet:

“Dikkie ging op de grond voor de tv zitten. Cato kwam naast hem zitten.
‘Hij duurt een uur,’ zei Dikkie, terwijl hij met glazige ogen naar het scherm keek.
‘En wat gaat er gebeuren?’
‘Niks, hoop ik.’
‘Aha.’
Ze keken een tijdje zwijgend naar het scherm.
‘En wat als er wel wat gebeurt?’ zei Cato toen. ‘Stel dat er ineens iemand voorbijloopt. Dat zou toch cool zijn?’
‘Nee joh. Juist niet…”

Boekenkrant

Lezen dat boek.



Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow.

Leesadvies voor jongeren

Magisch mooi megaboek

Boeken van deze Auteur: