"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Recensie geschiedenis: Haarlem! Een geschiedenis

Zondag, 14 januari, 2024

Geschreven door: Hein Klemann
Artikel door: Evert van der Veen

Stad in Nederlandse context

Dit lijvige boek – dat misschien wel als het actuele standaardwerk van de geschiedenis van Haarlem mag gelden – opent met een fabel die naam Haarlem verklaart. De oorsprong is bescheiden en bestaat uit een drietal boerderijen. De stad dankt zijn voortgaande ontwikkeling aan de strategische ligging aan een doorgaande handelsroute zo ontwikkelt de nederzetting zich tussen de 8e en de 12 eeuw tot stad die in 1245 stadsrechten van graaf Willem II ontvangt.

In de vroege geschiedenis is de bierbrouwerij belangrijk. Later komen daar de textielindustrie en scheepsbouw bij. “Tussen 1245 en 1550 ontwikkelde Haarlem zich van een boerenmarktstadje tot een hoogontwikkelde stedelijke samenleving, met een complexe economische structuur” (p. 93).

Breder kader
De geschiedenis van Haarlem wordt steeds in het bredere kader van de Nederlandse geschiedenis geplaatst. Algemene ontwikkelingen op het gebied van samenleving, politiek, religie en cultuur worden dan ook vrij uitgebreid geschetst en vervolgens op Haarlem betrokken. Dit verklaart in belangrijke mate de omvang van het boek.

In de middeleeuwen telde Haarlem ruim 20 kloosters en daardoor was de stad een belangrijk centrum waar handschriften werden vervaardigd en boeken werden geïllustreerd. Schilders als Dirk Bouts en Geertgen tot St. Jans zijn uit deze stad afkomstig.

Boekenkrant

Voor- en tegenspoed
Uit dit boek wordt duidelijk dat goede en minder goede tijden elkaar in de loop der eeuwen duidelijk afwisselen. De stad kent tijden van bloei en vooruitgang maar ook perioden waarin het tij behoorlijk tegenzit.

In de middeleeuwen eisen pest en stadsbranden – toen woningen nog van hout waren – veel slachtoffers maar omdat mensen van elders – voornamelijk uit het zuiden – welkom zijn, groeit de stad wel door in omvang en inwoneraantal.

Dat blijft niet zo want “In de late 18e eeuw hadden vele Haarlemmers redenen zich te beklagen. De economie zakte in, de armoede nam steeds schrijnender vormen aan en het inwoneraantal van de stad daalde door oversterfte” (p. 359). In de epiloog is dan ook de conclusie: “De geschiedenis van de stad laat zien dat zij om overeind te blijven zich elke paar generaties opnieuw heeft moeten uitvinden” (p. 687).

De tijd van de Franse overheersing is “… onvoorstelbaar. Werkloosheid, hoge belastingen, het goeddeels wegvallen van de inkomsten uit rentes ook voor de armenzorg, onvoldoende middelen om de armen nog van het meest basale te voorzien, honger, sloop, leegstand: in geen eeuwen had de stad zo’n mate van verpaupering gekend” (p. 403).

Vanaf 1830 bloeit de textielindustrie en groeit de bevolking. De Haarlemmermeer wordt ingepolderd en wanneer het Noordzeekanaal wordt gegraven, krijgt Haarlem hier een aansluiting op. Vervolgens gaat de stad mee in algemene ontwikkelingen van vervoer over wegen, komt de infrastructuur op allerlei terreinen tot ontwikkeling en groeit het aantal winkels. De stad krijgt meer culturele betekenis door musea en architectuur; bekende schrijvers van literatuur en goede organisten komen hier vandaan.

Tweede Wereldoorlog
Hoofdstuk 15 is gewijd aan de periode van de Tweede Wereldoorlog en krijgt – terecht – in verhouding veel aandacht. Een lokale journalist ziet de mensen op 10 mei 1940, de dag van de Duitse inval, met “sombere, maar vastberaden trekken op het gelaat” de gebeurtenissen gadeslaan.

In januari 1944 komt er een Sonderbauprogramm: de stad krijgt een tankgracht, een vestingwal en in de weilanden worden palen door prikkeldraad met elkaar verbonden om de landing van geallieerde vliegtuigen te verhinderen. De bouw van de Atlantikwall betekent in de omgeving van Haarlem de sloop van 4000 woningen.

16 april 1943 was er een mislukt bombardement op de Centrale Werkplaats van de spoorwegen in Haarlem waarbij woningen en mensen werden getroffen.

Opmerkelijk is dat in verhouding tot landelijke cijfers veel Haarlemse Joden de oorlog hebben overleefd.

Het beeld van de hongerwinter en de hongertochten is aangrijpend. Zo’n 1750 mensen hebben deze periode in Haarlem niet overleefd.

Bijzonder is de staking van leerlingen van het christelijk lyceum kort na de oorlog. Hiermee zetten zij het bestuur onder druk dat met de bezetter collaboreerde en eisen dat de rector terugkeert, hetgeen ook gebeurt.

Hein Klemann is hoogleraar sociale en economische geschiedenis aan de universiteit van Rotterdam. Hij schreef een serie artikelen over de geschiedenis van Haarlem voor het Haarlems Dagblad, waaruit dit boek is ontstaan.

Dit boek biedt een grondige en interessante geschiedschrijving die van de lezer wel enig geduld vraagt vanwege de omvang, vooral door de bredere context waarbinnen de ontwikkeling van Haarlem wordt geplaatst.

Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow