"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Henry Moore – Vorm en materiaal

Donderdag, 29 juni, 2023

Geschreven door: Joost Bergman, Emanuela Varga, Hannah Higham, Sebastiano Barassi
Artikel door: Jan Stoel

Steen, hout, hars, glasvezel, gips, brons en porselein

[Rencensie] “Henry Moore bedacht zijn sculpturen altijd voor zowel de binnen- als de buitenruimte. Maar zijn voorkeur ging uit naar het tonen van zijn beelden in het landschap. In Museum Beelden aan Zee is er de combinatie van alle drie deze opties,” zegt Sebastiano Barassi, Hoofd Collecties & Programma’s van de Henry Moore Foundation in een filmpje op You Tube. Het heeft alles te maken met de ligging van het museum. Je kunt overal naar buiten kijken naar het strand en de duinen. Binnen en buiten dus. Bij de expositie is de rijk geïllustreerde, tweetalige (Engels en Nederlands) publicatie Henry Moore  – vorm en materiaal verschenen. Het boek geeft niet alleen een kort overzicht van het leven van deze kunstenaar, maar zoomt met name in op hoe hij tot zijn zo kenmerkende vormentaal kwam en hoe zijn kunstenaarschap zich ontwikkelde.

Moore was aanhanger van direct carving (beeldhouwen zonder schetsen) en thruth to material (materiaal inspireert het kunstwerk). Hij werkte het liefste met steen en hout, maar is vooral bekend geworden om zijn monumentale bronzen werken.

Vormen
“Naar mijn mening kan alles, elke vorm, elk stukje natuurlijke vorm, dieren, mensen, kiezelstenen, schelpen je helpen bij het maken van een sculptuur,” aldus een citaat van Henry Moore. (1898-1986). Meerdere malen komt in het boek terug dat hij bijzonder beïnvloed werd door de natuur en dat hij zijn vormentaal ontleende aan voorwerpen die hij tijdens zijn wandelingen vond. Voorwerpen die door weer, wind en water ‘gepolijst’ waren, zoals stenen, botten, drijfhout en schelpen. Als je dat weet kijk je op een andere manier naar zijn werk. Het zijn altijd organische vormen die tegen het abstracte aanzitten die zijn werk kenmerken. Bijvoorbeeld Three Way Piece No 1: Points (een beeld dat 191 x 216 x 198 cm meet), rust op drie punten en gebaseerd is op een klein stukje vuursteen dat hij vond. “Er ontstond een beeld waarin ook dierlijke vormen te herkennen zijn,” schrijft Barassi in zijn bijdrage aan de publicatie. Volgens Barassi bleef zijn beeldtaal altijd verankerd in de figuratieve traditie, in die van de menselijke gestalte, die de beeldhouwkunst sinds de oudheid had bepaald.. […] Als abstracte en menselijke vormen samensmelten geeft dat een diepere betekenis.” “Art is the expression of imagination not the reproduction of reality,” zei Moore ooit.

Thema’s
Drie belangrijke thema’s in zijn werk worden belicht: moeder en kind (refererend aan de Tweede Wereldoorlog waar zijn woning en atelier door een Duits bombardement werd beschadigd; je ziet gebogen armen, rondingen, gaten, lichamen die met elkaar verbonden zijn), de liggende gestalte en de innerlijke/uiterlijke vormen. Bekend zijn zijn Reclining figures beelden van liggende vrouwfiguren, een van zijn beroemdste vormen, beïnvloed door de Chac mool-beelden – liggende figuren/strijders –  uit de precolumbiaanse cultuur. Hij zag ze ooit in het Louvre. Tjdens de Tweede Wereldoorlog tekende hij mensen die schuilden in de metro voor de Duitse bommen. Dat inspireerde hem ook tot die liggende beelden waarvan de lichaamsdelen soms van elkaar gescheiden zijn. Als je goed naar die werken kijkt zie je een ontwikkeling: van vrij compact en massief en goed herkenbaar tot later de slankere  beelden. Die laatste laten holtes en bollingen zien, zijn luchtiger van vorm en abstracter. Ruimte werd een belangrijk element in zijn sculpturen. Een holte is niet een leegte of refereert niet aan iets dat afwezig is, maar duidt op aanwezigheid. Het ging bij Moore om de balans tussen massa en leegte. “Halverwege de jaren dertig gaat hij draad in zijn sculpturen toepassen. Daarmee kon hij de ruimte begrenzem en onthullen,” staat in de publicatie te lezen, die stap voor stap de ontwikkeling van zijn vormentaal volgt.

Yoga Magazine

Materiaal

Moore experimenteerde met de meest uiteenlopende materialen: steen, hout, hars, glasvezel, gips, brons, porselein. Na de Tweede Wereldoorlog werkt hij voornamelijk in brons. Bijzonder is een opdracht uit 1955 van het Bouwcentrum in Rotterdam. Voor een nieuw te bouwen vleugel in Rotterdam schonk de vereniging Nederlandse Baksteenindustrie een wandreliëf, dat in baksteen (een typisch Nederlands materiaal) uitgevoerd moest worden. Het werd het enige bakstenenreliëf dat Moore ooit maakte, Wall Relief  No. 1. De namen van de twee metselaars die dit huzarenstukje dat bestaat uit 16.000 bakstenen helemaal naar de zin van Moore klaarden hadden zeker genoemd mogen worden in dit boek: Cornelis Molendijk en G.W.J. Philips. Vaklui pur sang.

Monumentaliteit was belangrijk voor Moore. Zijn werken, hoe klein ook, stralen altijd iets van monumentaliteit aan. In de jaren dertig verhuisde hij naar het platteland, naar Perry Green, Much Hadham in Herfordshire en bleef daar tot zijn dood wonen en werken.

Slag om Arnhem
Anecdotisch is het verhaal over het beeld Warrior with Shield. Het werd getoond op tentoonstelling in Sonsbeek in 1955 en de gemeente Arnhem wilde het aanschaffen als een herdenkingsmonument voor de Slag om Arnhem en met name om de Britse luchtlandingstroepen te herdenken. Het zou bij de Rijnbrug geplaatst worden. Maar het beeld dat een oplage van vier kende, was al uitverkocht. Moore stemde toe in een vijfde exemplaar. Auteur Joost Bergman beschrijft het gedoe rondom de aankoop en de plaatsing van het beeld. Begin jaren tachtig komt het aan de Oranjewachtstraat te staan, uitkijkend op de Rijnbrug, maar sinds 1989 staat het in het Gemeentemuseum. In dit beeld zie je ook weer de werkwijze van Moore terug. Uitgangspunt was een steen die de kunstenaar deed denken aan de stomp van een geamputeerd been. Op die steen boetseerde hij een lichaam met een arm en een been. Later kwam er een schild bij. Zo groeide de voorstelling uit tot de gewonde krijger uit de titel.

Meer Henry Moore zien? Bezoek dan Henry Moore Sculpture Perry Green, het beeldenpark waar de vaste collectie van zijn sculpturen wordt geëxposeerd. Ook het voormalige woonhuis/atelier Hoglands van Henry en Irina Moore bevindt zich daar.

Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow