"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Het smelt

Woensdag, 10 februari, 2016

Geschreven door: Lize Spit
Artikel door: Marnix Verplancke

IJselijke wraak

Drank, depressie en een ontluikende seksualiteit. Debutante Lize Spit mixt er een absoluut originele en imponerende literaire cocktail mee die het hilarische aan het tragische koppelt en toont dat het maar een kleine stap is van schoonheid naar wreedheid.

De drie musketiers noemden ze zich: Eva, Laurens en Pim, de enige kinderen die in 1988 in het fictieve Kempense dorp Bovenmeer ter wereld kwamen. Ze werden een bijzetklasje dat als een vijfde wiel aan de wagen aan een andere klas aangepikt werd, en ook in hun vrije tijd bleken ze tot elkaar veroordeeld. Al werd dat laatste pas een echte last om dragen toen de puberteit aanbrak. Daarvoor waren ze kinderen onder elkaar. Hun ontluikende seksualiteit maakte echter dat de jongens steeds vaker geheimen met elkaar begonnen te delen. Soms leek het wel alsof ze wilden benadrukken dat jongens onder elkaar een taal spreken die minder letters nodig heeft, voelde Eva.

Eva is de vertelster uit Lize Spits debuut Het smelt, een lijvige roman waarin drie verhaallijnen door elkaar gevlochten worden naar een even imposant als onafwendbaar einde toe. De eerste speelt in de winter van 2001. Zij focust op de dood van Pims zeventienjarige broer Jan en brengt het verhaal van het disfunctionele gezin waarin Eva opgroeit: over haar vader die haar toont hoe hij een strop over een balk in de schuur heeft geslagen en over haar moeder die haar onmacht om met het leven om te gaan in de alcohol verdrinkt. Broer Jolan lijkt de rots in de branding, terwijl zus Tesje het meest te lijden heeft onder de levensonkunde van haar ouders. Dag na dag en week na week ziet Eva haar zus wegzinken in een obsessief-compulsieve stoornis die ‘haar lichaam tot de secretaresse van haar gemoed maakt,’ zoals Spit schrijft. Wanneer ze van de gang doorheen de woonkamer naar de keuken wil kan dit niet zonder even op het computerklavier te tokkelen en wanneer ze op de verkeerde manier de trap opgaat moet ze herbeginnen eens ze boven is.

In een tweede verhaallijn, die speelt in 2002, focust Spit op de drie musketiers en hoe deze de meisjes van het dorp niet alleen taxeren op een schaal van nul tot tien, maar hen ook nog eens uit de kleren proberen te krijgen door middel van een raadsel dat Eva heeft bedacht. Wie het niet raadt, gaat naakt. Dat dit niet goed af zal lopen, snap je als lezer al snel, maar dat de finale zo bloederig en wreed zal zijn, en dat Lize Spit haar met zo veel zelfbeheersing en – soms ook – sadistisch-psychologisch inzicht zal beschrijven is ronduit verbijsterend.

Kookboeken Nieuws

Bovenmeer en zijn inwoners tekenen het leven van Eva voor altijd. Dat ze uiteindelijk in Brussel belandt, waar ze een anoniem leven leidt en een louter seksuele en soms vrij gewelddadige relatie heeft met haar buurman zegt veel. Wanneer ze een uitnodiging krijgt van Pim om nog eens naar het dorp te komen om te herdenken dat Jan dertig geworden zou zijn, zint ze op wraak. Die bewuste dag, wanneer ze met een groot blok ijs in haar auto naar Bovenmeer vertrekt en die alle eindjes bij elkaar brengt, vormt de derde verhaallijn.

Lize Spit slaagt er als geen ander in de onschuld en wreedheid van de jeugd met elkaar te verbinden. Sommige scènes zijn hilarisch, zoals die waarin Pim door een brievenbus wil kakken maar in de problemen komt met de klep die naar buiten opent, of die waarin de musketiers schaduwdieren proberen te maken met een sterke lamp en hun blote geslachtsdelen, maar steeds ligt ook die bittere volwassenheid op de loer. Niets is vrijblijvend in het fascinerende universum van Lize Spit, en iedere medaille heeft een schrijnende keerzijde. Het is jaren geleden dat we nog een grandioos debuut als dit mochten lezen.

Verschenen in Knack

Boeken van deze Auteur: