"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Kallocaïne

Vrijdag, 14 april, 2023

Geschreven door: Karin Boye
Artikel door: Jan Koster

Het gif van de waarheid

[Recensie] Een dystopie is een verontrustende toekomstroman, meestal over een samenleving met louter negatieve eigenschappen, waarin men niet zou willen leven (Wikipedia). Wij van Jevgeni Zamjatin, verschenen in 1920, wordt wel gezien als de literaire grondlegger van het genre. Tot op heden verschijnen er dystopische romans, de laatste jaren mede geïnspireerd door de klimaatcrisis. Een van de beroemdste boeken is 1984 van George Orwell, dat in 1949 verscheen. Het frappante is dat daarin elementen voorkomen die ook voorkomen in Kallocaïne van de Zweedse Karin Boye, verschenen in 1940, zoals afluistering en visuele controle. Aan de andere kant: zo opmerkelijk is het nou ook weer niet. Mensen die leven in een door een centrale macht gecontroleerde staat hebben nu eenmaal te maken met dergelijke praktijken. De goede ontvangst van dit boek kon evenwel niet voorkomen dat de schrijfster acht maanden na verschijning zichzelf van het leven beroofde.

Spookachtig visioen
Kallocaïne is een spookachtig visioen van een door de politie en het leger bestuurde samenleving dat na ruim tachtig jaar nog niets van zijn actualiteit heeft verloren.

Karin Boye beschrijft in haar roman een totalitaire ‘Wereldstaat’. In het desolate, paranoïde landschap van ‘politieogen’ en ‘politieoren’ vindt de gehoorzame burger en chemicus Leo Kall een middel uit dat ervoor zorgt dat iedereen die ermee wordt geïnjecteerd de waarheid zegt. Met zijn uitvinding voorziet hij de Wereldstaat van een middel om totale controle uit te oefenen. Want als gedachten bekend kunnen worden, is het een logische volgende stap om ze strafbaar te maken. Maar terwijl zijn uitvinding dromen over opstand en verlangen naar vrijheid aan het licht brengt, begint Leo Kall te twijfelen aan de voortreffelijkheid van de Staat en aan zijn rol erin als loyale medesoldaat.

Monotoon
Met betrekking tot Kallocaïne heb ik gemengde gevoelens. Om met het minder positieve te beginnen. De toon waarop Boye het verhaal brengt is monotoon en vlak, emotieloos haast. Mede daardoor is het lastig om enige connectie te voelen met de hoofdpersoon, Leo Kall, laat staan met de minder prominente personages. Dat is jammer, iets meer levendigheid en dynamiek zou het een stuk prettiger leesbaar maken. Nu ontglipte mij toch af en toe de aandacht.

Boekenkrant

Positief ben ik over het verhaal op zichzelf. Leo Kall is naïef. Hij heeft geen benul van wat de gevolgen kunnen zijn van zijn succesvolle middel, Kallocaïne. Zijn succes is aanvankelijk klein, maar als de werking bewezen lijkt dan groeit het hem snel boven het hoofd. De onrust die hij toch al heeft, omdat hij zijn directe leidinggevende ervan verdenkt dat deze een affaire heeft met zijn vrouw, groeit. Hij kan de gevolgen van zijn daden niet meer overzien en doet iets wat hem duur komt te staan. Indirect wordt hij slachtoffer van zijn eigen succes. Hij raakt verstrikt in zijn persoonlijke vrijheidswens en zijn, bepaald niet vrijwillige, loyaliteit aan de Staat.

Het verhaal is sterk, het is een van de betere dystopieën die ik heb gelezen. Daarom is het des te spijtiger dat de manier van vertellen niet meevalt, maar alles overziend overheerst toch het positieve gevoel ruimschoots.

Eerder verschenen op jkleest