Heb vertrouwen in jezelf
[Recensie] Brigitte Minne (1962), veelvuldig bekroond West-Vlaams jeugdauteur, en de Vlaamse illustrator Alain Verster (1984), die onder meer werk van Edward van de Vendel illustreerde, hebben met Kleine Kraai een ‘warm’ prentenboek gemaakt over veilig opgroeien en zelfvertrouwen.
Kleine Kraai woont met zijn papa en mama hoog in een oude boom. Hij moet de wereld nog ontdekken: hij wil gaan vliegen. Hij maakt eerst kennis met Roodborstje, Merel, Winterkoninkje en Uil. Die hebben allemaal eigenschappen waar hij niet aan kan tippen: Roodborstje heeft mooiere veren en laat dat duidelijk weten aan Kleine Kraai; als Merel zingt valt de bek van Kleine Kraai open van bewondering; Winterkoninkje danst op een manier waarvan Kleine Kraai alleen maar kan dromen; en een nachtdier zoals Uil is hij ook al niet. Toch laat Kleine Kraai nooit het kopje tussen de veertjes hangen, maar zoekt altijd het positieve en wordt daarbij ondersteund door zijn ouders. Als Roodborstje hem toesnauwt dat zijn verenpak er niet uit ziet, dan zegt papa Kraai dat kraaien een sober pak dragen. Kleine Kraai komt erachter dat je niet jaloers moet zijn op andere vogels, maar trots moet zijn op je eigen talenten. Kraaien kunnen namelijk heel hoog vliegen. Ze zijn echte acrobaten. Ze zijn slim en vindingrijk.
Uitvliegen
Minne vertelt het verhaal in twee delen. In het eerste deel staan de ontmoetingen met de andere vogels centraal en speelt herhaling (en dat wordt door kinderen op prijs gesteld) een rol. Dan volgt het inzicht: Kleine Kraai hoort een jongen loeivals zingen en ziet hem rondhopsen. Dat is geen zanger of danser, maar hij is blij en dat ben ik ook, denkt hij. Het boek afgesloten met wat Kleine Kraai allemaal wel kan. Hij kan met een gerust hart uitvliegen.
De illustraties van Alain Verster voegen wat extra’s toe. Kleine Kraai is voorzien van een bril met wat matte glazen. Hij moet immers nog leren kijken, de wereld nog leren kennen. Vader draagt een strik en een hoge hoed en moeder een sjaal/hoofddoekje. De details in de tekeningen zorgen ervoor dat je nog meer kunt ontdekken, bijvoorbeeld zingende merels met een kraag om, bij een oude grammofoon en de roodborstjes die overal in het boek te vinden zijn. Het boek wordt afgesloten met allerlei weetjes over kraaien.
Het boek biedt een opening om het met jonge kinderen (vanaf 5 jaar) te hebben over de eigen talenten, over uit te gaan van je eigen kracht. Daar krijg je zelfvertrouwen van. Dat is toch beter dan steeds met een schuin oog naar de ander te kijken, nietwaar?
Leesfragment
—
Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow
