"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Oorlog in Gallië

Woensdag, 21 december, 2022

Geschreven door: Julius Ceasar
Artikel door: Quis leget haec?

Een mustread voor een geschiedenisliefhebber

[Recensie] Oorlog in Gallië van Julius Caesar is een must-read voor een beetje geschiedenisliefhebber. En ik breng het er maar meteen in; ik ben ook een groot fan van de strips van Asterix en Obelix. Uiteraard heb ik dat stripbeeld van Caesar haarscherp op mijn netvlies en weet ik dat er niets klopt van die verhalen en toch… kom ik op terug.

Dit boek bevat verslagen, opgetekend door Julius Caesar zelf van verschillende van zijn veldslagen in Gallië. Dat is een gebied dat groter is dan het huidige Frankrijk. Het werd verdeeld in Gallia Cisapina, ‘Gallië aan deze zijde van de Alpen’ met een deel van Noord-Italië dat al onder Romeins bestuur viel en het grotendeels nog niet veroverde Gallia Transalpina, ‘Gallië achter de Alpen’. Daarvan stond alleen een strook aan de Middellandse Zee, iets groter dan de huidige Provence, al onder Romeins gezag.

We beginnen al snel met de Inval van De Helvetiërs. Dat laat zich lezen als een uitermate boeiend verhaal over een veldslag met alles erop en eraan. Troepenbewegingen, strategie en de gevechten zelf natuurlijk

“Vanuit de hoogte gooiden de soldaten hun speren, waarmee ze gemakkelijk de gesloten formatie van de vijanden braken. Toen die eenmaal uiteengeslagen was, trokken ze hun zwaarden en vielen op hen aan. De Galliërs ondervonden veel hinder in de strijd; vaak werden enkele schilden door één rake speer doorboord en aan elkaar vastgemaakt. Doordat de speerpunt hierbij verboog, konden ze die er niet uittrekken.”

Boekenkrant

Dat leest geweldig, maar zoals het nawoord prima toelicht; je moet er altijd even bij nadenken wie dit vertelt. Caesar dus. En die wist precies wat hij opschreef. Caesar zocht een aanleiding om oorlog te voeren in Gallië en verbood de Helvetiërs, die uitbreiding zochten wegens overbevolking de doortocht. De Helvetiërs gingen vervolgens onderhandelen en kozen voor een alternatieve route om Romeins gebied heen. Dat zinde Caesar niet en die veranderde meteen van argument; de Helvetiërs kwamen ‘te dicht bij de Provincie’ te wonen en moesten bestreden worden. Dus zijn titel Inval van de Helvetiërs dient behoorlijk genuanceerd te worden. Het verhaal is geschreven om Caesars provocaties te rechtvaardigen als defensieve actie. Het leidt bovendien af van een ‘detail’, het afslachten van zesduizend Helvetiërs.

De veldslagen volgen elkaar in rap tempo op want er leven talloze stammen in Gallië, ik had er geen idee van. Ik houd van details, als zijn manschappen door de Nerviërs aangevallen worden, dat er geen tijd is om de schilden uit hun hoezen te halen. Lijkt me een enorm gedoe bij een verrassingsaanval.

Brug
Caesar heeft niet alleen te maken met stammen uit Gallië, er wonen ook Germanen net over de Rijn en die moeten bij tijd en wijle ook een lesje hebben. Caesar besluit de Rijn over te steken en wil dat niet per schip doen, dat is beneden de Romeinse waardigheid. Hij laat een brug bouwen. Dat is een huzarenstuk en hij beschrijft glashelder hoe dat bouwwerk opgetuigd wordt:

“Voor de brug gebruikte hij de volgende techniek. Als pijlers dienden combinaties van twee palen, anderhalve voet dik en van onderen een beetje aangepunt. Die stonden op twee voet afstand van elkaar en waren onderling verbonden; hun lengte hing af van de diepte van de rivier.”

Het gaat nog even door en je zou hem zo na kunnen bouwen, maar wat valt op; zijn taalgebruik. “Voor de brug gebruikte hij…” duidt op de derde persoon enkelvoud en Caesar stond erom bekend dat hij zo over zichzelf schreef. Nogmaals, hij wist precies waarom hij wat opschreef en dat geldt ook hier. Die brug is een sterk staaltje, maar het diende om een veel minder sterk staaltje te maskeren. Zoveel deed hij namelijk niet over de Rijn. Hij verbleef er maar kort en boekte er geen grote overwinningen. Zo staan er ook hoofdstukken tussen met mooie en interessante beschrijvingen over de zeden en gewoonten van Galliërs en Germanen. Niet omdat Caesar zo’n enthousiast etnograaf was, maar die hoofdstukken zijn geplaatst na minder geslaagde operaties van zijn kant.

Dat laat onverlet dat het prachtig is om te lezen hoe hij een zeeslag aangaat met het kustvolk de Veneti en hoe hij de oversteek waagt naar Brittannië. Hij wint er wat gevechten maar zou het eiland niet bezetten, dat zou pas later gebeuren.

En dan die beroemde slag, de overwinning op de grote Gallische leider Vercingetorix die zijn nederlaag bij Alesia leed. Dan denk ik maar aan één ding, de lange tenen van de Galliërs in de strip Asterix en Obelix, die op de vraag naar Alesia keihard roepen; ‘Alesia? Ik weet niet waar Alesia ligt!!’ Natuurlijk is het een verzonnen strip, maar daarin zijn altijd historische feiten verweven en die pijnlijke nederlaag is er één van. Ook de druïden, ook bekend uit de strip, worden toegelicht door Caesar in zijn verhalen.

Oorlog in Gallië is dus een document dat zich makkelijk laat lezen als een boek vol veldslagen, maar altijd met in het achterhoofd door wie het is geschreven en waarom. Uiteindelijk is het een propaganda-epistel waarin Caesar er prima uitkomt, en waar de talloze slachtoffers en onmetelijke zelfverrijking maar een terloopse of geen rol spelen. Dat Caesar een prima stilist en schrijver is blijkt uit het feit dat het boek lang in Latijnse lessen is gebruikt. Ik gebruik het als een zeer boeiend verhaal, waarbij mij vagelijk bekende geschiedenissen een hoop betekenis krijgen. Voor achtergronden over de slag bij Alesia verwijs ik graag naar de weblog van historicus Jona Lendering, die hier een paar prima artikelen over schreef.

Eerder verschenen op Quis leget haec?