"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Recensie geschiedenis: Paupers en boeven

Vrijdag, 1 december, 2023

Geschreven door: Jan Libbenga
Artikel door: Evert van der Veen

Kleurrijke bewoners

In de inleiding van Paupers en boven haalt Jan Libbenga jeugdherinneringen op aan de tijd dat hij in Veenhuizen, provincie Drente, opgroeide en schetst hij het leven in die tijd, de jaren zestig en zeventig.

De oorsprong van het gebied ligt in de turfwinning. De stichter van de strafkolonie is generaal Van den Bosch die begin 1800 een plan presenteerde: “Verhandeling over de mogelijkheid, de beste wijze van invoering, en de belangrijke voordeelen eener Algemeene Armen-Inrigting in het Rijk der Nederlanden, door het vestigen eener Landbouwende Kolonie in deszelfs noordelijk gedeelte” (p. 27).

Zo ontstonden de dorpen Frederiksoord, Willemsoord, Wilhelminaoord en Boschoord waar wezen, bedelaars en armen werden ondergebracht. Later kwamen hier ook misdadigers wonen.

Het verhaal gaat over hun manier van leven en wonen, hun dagbesteding, voedsel en leefomstandigheden, onderwijs en kerken maar ook over sociale en materiële tekorten en hun gevolgen voor mensen. Al lezend krijg je wel de indruk dat de opzet door de jaren heen niet altijd succesvol is geweest. Dat lag soms aan externe omstandigheden maar had ook met de aard van de bewoners te maken. Ook gebrek aan financiële middelen speelde een rol.

Geschiedenis Magazine

Er was regelmatig discussie over het werk van de gevangenen, dat mocht niet nutteloos zijn maar het mocht ook geen concurrentie voor andere bedrijven zijn.

Veelzeggend zijn de woorden van een journalist van het Rotterdamsch Nieuwsblad in 1930: “Want ik had gezien honderden verlorenen in onze Nederlandsche samenleving, getroffenen en vernielden in een, ondanks veel goeden wil, toch absoluut kleurloos en dof eindbestaan” (p. 123).

Uiteenlopende mensen
Al lezend valt op hoeveel categorieën mensen in Veenhuizen zijn ondergebracht. Tijdens de Tweede Wereldoorlog waren er onderduikers in Veenhuizen en het dorp was ook betrokken bij wapendroppings en het verbergen van wapens. Na de oorlog werd het een interneringskamp voor lichtere gevallen van ‘foute’ Nederlanders: “typische troebelwatervissers, die van de situatie onder de bezetter gebruikmaken om nu ook eens aan hun trekken te komen” maar “grote zakenlieden die los van elke politieke appreciatie eenvoudigweg zaken willen doen” (p. 175). Onder de politieke gevangenen bevindt zich Franz Fischer, die later naar Breda werd overgebracht en samen met nog twee belangrijke gevangenen ‘de drie van Breda’ werd genoemd.

Vervolgens kwamen er dienstweigeraars voor Indië en later ook Jehovah’s Getuigen die dienst weigerden.

Ook waren er verkeersdelinquenten waarbij alcohol in het spel was “maar de gestraften bijbrengen dat je niet moet drinken als je rijdt is moeilijk zolang onze samenleving dat als geheel niet inziet en zolang bij officiële recepties bijvoorbeeld nog sterke drank wordt geschonken” aldus de directeur van het consultatiebureau voor alcoholisme in Assen.

Criminele gevangen zorgden in 1967 voor een ware opstand vanwege de verouderde woonsituatie en in de jaren zeventig waren er gijzelnemers en drugsgerelateerde mensen onder de gevangenen. De groeiende multiculturele verschillen maakten het voor leidinggevenden niet gemakkelijker. Bekende criminelen waren destijds Pistolen Paultje, Karate Bob en zigeunerkoning Koko Petalo. Ook de ontvoerders van Heineken waren in Veenhuizen. Later waren er ook Noorse gevangenen.

Vandaag
Nu is in Veenhuizen het Gevangenismuseum gevestigd en later werd het museum De Proefkolonie geopend. De voorstellingen Het Pauperparadijs werden enkele jaren geleden goed bezocht. In 2021 kreeg de Kolonie van Weldadigheid de toekenning van Unesco Werelderfgoed.

Dit boek biedt een uitgebreide geschiedschrijving van twee eeuwen geschiedenis vol goede bedoelingen die niet altijd even gemakkelijk te realiseren waren. In de loop van de vorige eeuw hebben zeer uiteenlopende groepen gevangenen in Veenhuizen gewoond.

Dit boek is een uitgebreide heruitgave van de eerste editie die in 2018 verscheen, het jaar waarin de strafkolonie 200 jaar bestond. Tal van zwart/wit foto’s, afgedrukt in eenvoudige kwaliteit, begeleiden de tekst.

Jan Libbenga is journalist en redacteur van Emerce. Hij schreef eerder Stroomopwaarts. Hij groeide op in Veenhuizen waar zijn vader hoofd van de administratie van de strafgevangenis Norgerhaven was.

Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow

Boeken van deze Auteur: