"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Recensie kunst&cultuur: Ted Noten & co

Vrijdag, 24 november, 2023

Geschreven door: Aukje Vergeest
Artikel door: Chris Reinewald

Ontheiliging als pantser

Hebzucht, leegheid, schoonheid, sterfelijkheid en intimiteit inspireren de kunstenaar Ted Noten (1956) tot zijn sieraadobjecten. Door het sieraad van zijn status te beroven en het te ontheiligen toont hij de symboolwaarde ervan. Op zijn aanstekelijk springerige expositie in Museum JAN in Amstelveen bekijkt Noten, ook in zijn oeuvreboek, het vakgebied vanuit onverwachte kanten.

Geregeld stuurt Ted Noten een ansicht aan koningin Máxíma om haar te herinneren aan de tiara, die hij voor haar in 2002 ontwierp. Komt ze het nog eens ophalen? De basis vormt een in de sportwinkel gekochte, kunststof polohelm die hij liet verchromen. Uit de voorkant zaagde Noten een uitneembare tiara met de portretten van haar voorgangsters. Er zaten dan wel geen diamanten op, maar de tiara zou door het flitslicht van de fotografen oplichten alsof die er wèl inzaten.

Bij het ontwerpen dacht hij aan Lady Diana. Met een helm op zou Máxima zo’n tragisch ongeluk zeker niet overkomen. Anderzijds begrijpt hij ook wel dat de koningin zelfs de geringste suggestie over haar kwetsbaarheid niet zou appreciëren.

En hij bedoelde het als zelfverklaarde “kei-anti-monarchist” zo goed!

Kookboeken Nieuws

Dit is Ted Noten ten voeten uit. Zijn beste werk maakt hij als hij tussen extremen balanceert. Geen zin om een subsidieaanvraag in te vullen besluit hij replica’s van zijn nep-Gucci-tassieraden van 3D geprint papier te laten uitvoeren. Op straat koopt hij wapens van kleine criminelen die hij onklaar maakt en verwerkt in acrylaat tassen: tot verontwaardiging van de kruimeldiefjes.  

Tegen vertrutting
Ook in zijn catalogus houdt Noten zich niet aan de regels. Zo zijn er tussen de projectbeschrijvingen schetsen bijgeschoven of last minute-uitlegjes ingeschreven.

Behagen en aan verwachtingen voldoen is het laatste wat Noten wil. Zijn domein zet hij telkens weer anders uit. In een Duitse trein vertelt een bejaarde joodse medepassagier hem dat hij altijd wat goud en een diamant in zijn jas en schoenen meedraagt: zo kun je je vrij kopen. Noten koopt later via Etsy een paar damesschoenen waarin hij puur gouden zooltjes legt. Op een gereproduceerd kladje lezen we: aanschaf € 10, goudwaarde € 4.000 en uiteindelijk als kunstwerk € 23.600; inmiddels privé-bezit.   

“Waarom kost een klassieke juweliersring 40.000 euro en mijn ring maar 7.500?” stelt Noten retorisch. “Een man weet dat hij door een dure ring met vette diamant een vrouw omkoopt.” Noten blijft zich verbazen over de eenvormigheid van zowel het sieraad als zijn dragers.

“Allemaal dezelfde, nietszeggende smaak. Pronken doen we hier niet.

Om de Amsterdamse Rosse Buurt te ontdoen van peeskamertjes stelde de gemeente in 2008 leeg gekomen pandjes ter beschikking als werkruimte voor sieraadkunstenaars.

In de etalage exposeerden ze sieraden. Noten monteerde echter snackloketten op zijn voordeur. Na inworp van 2,50 trok je uit een raampje een plastic ring om die aan de gekochte liefde cadeau te doen. Toch toonde de “doelgroep”, hoerenlopers weinig interesse. Prostituees voelden zich beledigd met een plastic ringetje.

Sieraadkenners met een groter statusbewustzijn dan hun portemonnee kochten echter grif. En het snackloket vond zijn weg naar een besluiteloze verzamelaarster die zo iedere dag, bij verrassing, een sieraad tevoorschijn trekt.  

Ongeijmdheden
Noten geniet van zulke ongerijmdheden zo blijkt bij zijn rondleiding op de expositie. Als docent is hij ook oprecht geïnteresseerd in andermans werk. Een selectie van 22 bijpassende conceptkunst omlijst zijn kleine oeuvre-expositie in Amstelveen.

Weinig evenaart echter de stoere ‘brille’ van Noten. Zijn biografie verbeeldt hij op de expositie met een groepje ordinair geel geverfde etalagepoppen. Elk vertegenwoordigt een levensfase: ex-katholiek, bhagwan, bouwvakker, metselaar, psychiatrisch verpleger, wereldreiziger, straatverkoper van sieraden.

Hij stamt uit een Limburgs geslacht van baksteenfabrikanten. “Mijn vader keek door een gaatje in de oven of de steen goed bakte. Dat kun je natuurlijk nooit zo zien. Maar hij wíst dat wel: door zijn intuïtie. Daar draait het bij mij ook om.”

En zo is dan ook de bonkige omslag verklaard. Gegroepeerde bakstenen, waarin hij gaten boorde: zodat je die kunt dragen als collier.

Ook verschenen op Tableau

De expositie in Museum Jan is nog te zien tot en met 2 februari 2024

Boeken van deze Auteur: