"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Recensie religie: Voorbij het beeld

Zondag, 26 november, 2023

Geschreven door: Erik Galle
Artikel door: Evert van der Veen

Er zijn geen godsbeelden

Erik Galle staat in het eerste deel uitvoerig stil bij het beeld in onze taal en in onze menselijke gedachten. Welke betekenis hebben beelden en waarom hebben wij ze nodig in onze taal? Het zijn algemene en voor de hand liggende beschouwingen over de symbolische en verwijzende functie van beelden.

Beeldtaal is er altijd geweest, van de rotstekening in Altamira, 15.000 jaar oud, en de digitale taal van beeldschermen in onze tijd. Hoe verschillend ook, beelden zijn onze toegang tot de werkelijkheid, onze interpretatie daarvan. We leven nu in een tijd van beeldcultuur.

Onzichtbare en ondenkbare
Zo komt Galle in het volgende deel bij onze beelden voor God die we als mens nodig hebben om iets over God te kunnen zeggen. Hij begint met prikkelende woorden: “Het is stil als God dood is”(p. 56). In onze taal verwoorden wij het onzichtbare en ondenkbare terwijl we ons tegelijk bewust mogen zijn van het feit dat het ónze menselijke beelden zijn.

God stijgt daar bovenuit, is meer en anders dan al onze beelden en dat komt in de titel Voorbij het beeld ook tot uitdrukking. Dit goddelijke mysterie kan ons overkomen en fascineert ons. De beelden die we hierbij gebruiken getuigen van de ontmoeting tussen God en ons.

Bergen

Daarom mogen we wel in beeldende taal spreken als we onze beelden zien als een uitnodiging om verder te kijken. Onze godsbeelden kunnen slechts iets, een fragment van God onder woorden brengen, het blijft een menselijke benadering waarin we iets van het goddelijke geheim in taal verwoorden. De ware God begeeft zich voorbij onze beelden.

Kwetsbaarheid
Galle maakt vanuit een scherpe tegenstelling een keuze voor een bepaalde lijn van godsbeelden. Vanuit de almacht kiest hij voor de kwetsbaarheid, tegenover God als boekhouder kiest hij voor de genadige God, in plaats van de straffende God zoekt hij de genadige God. De vraag is wel of hij deze tegenstelling vandaag nog zo leeft onder mensen. Zijn de ‘strenge’ beelden van God inmiddels niet gedateerd omdat de meeste mensen deze achter zich hebben gelaten?

Uiteindelijk komt Erik Galle tot een radicale ommekeer: niet wij zoeken God in onze beelden maar in die zoektocht worden wij opgenomen in God die óns zoekt en vindt in het beeld.

Het boek eindigt met gebeden die goed aansluiten bij het verhaal en in de gelovige praktijk van het bidden laten zien wat het betekent dat God voorbij onze beelden is.

Een paar impressies:

          “Het is alsof ik een druppel
           naar de oceaan breng.
           Zo voelen mijn schamele
           woorden die U trachten
            te omschrijven.

            U blijft een gebeuren
            waarop de taal
            zich stuk bijt,
            telkens opnieuw” (p. 111).

          “Alle kennis over U,
           stukwerk blijkt het.
           Al dat tasten en zoeken naar U,
           zovele jaren hield het me bezig.

          Pas toen ik ermee ophield,
          trad U op me toe,
          nam U me mee,
          en U liet me delen
          in uw diepste geheim” (p. 112).

Bijzonder zijn de illustraties in dit boek die bestaan uit een spel van elementaire lijnen, veel aan de verbeelding overlaten en deze daarom juist prikkelen om er op in te gaan. Dit boek zet aan tot persoonlijke reflectie.

Erik Galle is priester en psychotherapeut. Hij publiceerde eerder Alles wat blijft, verandert, De voorafplek, Aangevuurd door de Geest en Woorden als psalmen.

Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow