"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Stil verleden, de ontdekking van mijn slavernijgeschiedenis

Maandag, 3 juli, 2023

Geschreven door: Maria Karg
Artikel door: Chris Reinewald

Verteld vanaf de hobbelstoel

[Recensie] Maar één keer gebruikt Maria Karg (1951) een Surinaams woord – hobbelstoel – voor wat wij een schommelstoel noemen. Dat stoort allerminst. Die hobbelstoel geeft het gevoel dat de schrijfster haar lezers in vertrouwen neemt. Ze vertelt honderduit over haar leven, uiteindelijk als erfgoedspecialist bij het vorige (gesloten) slavernijmuseum.

Pas na decennia durft ze een doos van haar gestorven vader te openen. Zouden de kaarten, brieven en boeken erin meer onthullen over haar eigen afkomst?

Ze groeide op in Beekhuizen, een buitenwijk van Paramaribo en droeg pas kousen in het koude Nederland waar ze haar opleiding in het onderwijs vervolgde. Uiteindelijk studeerde ze antropologie. Eerder in Suriname ontmoette ze in haar tantes winkel landgenoten met zwaar Chinees accent of die ze helemaal niet kon verstaan. Dat blijken de Marrons, afstammelingen van mensen die de slavernij ontvluchtten en in de Surinaamse binnenlanden een eigen samenleving opbouwden.

Later zou ze vanuit Nederland op reis door Suriname exotische Marron-dorpjes bezoeken. Voor die tijd kwam het er niet van om de geschiedenis en haar eigen komaf te bestuderen. Haar ouders, in een tweede relatie, repten niet over vroeger of over andere Surinaamse bevolkingsgroepen. Het slavernijverleden leefde voort in de niet meer actieve plantages en de achternamen die veel landgenoten, tot slaaf gemaakten [Karg hanteert expliciet de historische benaming: slaaf] in het verleden hadden opgedrongen gekregen. Haar eigen familienaam lijkt vooralsnog onplaatsbaar.

Geschiedenis Magazine

Eerste Slavernijmuseum
Karg is een prettige vertelster. De uitgever zag het goed om haar aan te moedigen eens serieus werk te maken van de fragmentarische herinneringen die zij in schoolschriftjes ordende.

Verder met de autobiografie. Ze werd lerares in Nederland, vestigde zich hier en trouwde twee keer. Veel zegt ze daar niet over. En zo werd ze gevraagd als medewerker voor het NiNsee, het eerste, vooral documentaire Slavernijmuseum bij het Tropenmuseum in Amsterdam, dat sloot toen de subsidie stopte. In haar nieuwe educatiefunctie moest Karg zich nu wel verdiepen in het slavernijverleden, waar ook zij deel van uitmaakte. Maar hoe?

Ze werkte mee aan een expositie over de Hernhutters, Duitse zendelingen van wat nu de Evangelische Broedergemeente heet. Anders dan de Nederlandse kolonialisten die het onbelangrijk vonden of Surinamers konden lezen of schrijven – en zich zouden ontwikkelen –  leerden de Duitse zendelingen dat wel aan de bevolking. Uiteraard om ze zo te bekeren en dat zij zelf de Bijbel konden lezen, maar daar zat zeker ook een emancipatoire kant aan.

Karg schrijft inhoudelijk nogal weinig over die ontroerende expositie met eenvoudige briefjes van de eerste geletterde Surinamers. Als bezoeker besefte je dat het Nederlandse dom-houden van ‘onderdanen’ niet zo onschuldig is. Je maakt mensen anoniem, misgunt ze hun identiteit en negeert familiegeschiedenis. Misschien verklaart het ook de desinteresse van de generatie van Kargs ouders met hun eigen ingewikkelde familiestructuren.

De doos gaat open
Uiteindelijk lokte haar vaders doos die ze na zijn begrafenis terug mee naar Nederland had genomen en nooit had durven te openen. Dertig jaar erna wel. Ze vond fotootjes, wat officiële papieren over zijn scheepstijd en over wie haar grootouders waren. Meer sentiment dan harde informatie.

Net als in het tv-programma Verborgen verleden moest ze voor haar verdere stamboom naar een archief. De contacten via NiNsee hielpen haar daarbij.

En zo doet ze een verrassende ontdekking [spoiler alert], kort gezegd: een omkering van het zwart-witte slachtoffer/daderschap. Zo bereikt haar tegelijk openhartige als terughoudende boek een onomkeerbaar pijnpunt. De hobbelstoel schommelt na. Karg staat weer voor schoolklassen die ze vertelt over haar nu, deels geopenbaarde verleden.

Chris Reinewald

Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow