"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Vergeten reis

Vrijdag, 8 april, 2022

Geschreven door: Silvina Ocampo
Artikel door: Elisabeth Francet

Schijnbaar idyllische, pure horror

[Recensie] In de magisch-realistische kortverhalen van Vergeten reis (1937), het debuut van de Argentijnse Silvina Ocampo, rennen meisjes blootsvoets en in fladderende jurken door de brede, zonovergoten galerijen van landhuizen. Rondom, zo ver het oog reikt: paradijsbomen, groepjes casuarina’s en de vlakten nabij Buenos Aires. Per koets arriveert de nieuwe huisbewaarder. Hij laadt een enorme hutkoffer uit. In de verte roept iemand een kindernaam. Selectief doof, verwerpen en vervloeken de kinderen al wie hen wil beteugelen.

Voorbij de stille portalen, achter de deuren, klinken geheimvolle geluiden. In salons met olijfgroene en goudkleurige ornamenten zitten dames verveeld te borduren. Ze leven onder een glazen stolp en staan hun baby’s onmiddellijk na de geboorte af aan kindermeisjes. Kinderen kennen hun ouders niet, willen zich van hen ontdoen, of vice versa. Moorden en zelfmoorden zijn in Ocampo’s universum zeer gewoon.

Vergeten reis roept een unieke, onvergetelijke sfeer op. Veeleer dan verhalen zijn het sequenties van bevroren beelden. Moeiteloos wekt Ocampo de ziel van een doods huis tot leven met een repetitieve galm, teweeggebracht door een touwtjespringend kind in een verlaten kamer waar de meubels zijn afgedekt met witte lakens. Hoewel de wind overal vrij spel heeft, ondervind je de beklemming in zo’n omgeving aan den lijve. Het schijnbaar idyllische beeld van een schommelend kind is bij Ocampo pure horror.

In de psyche van de personages wisselen donkere tunnels van somberte af met weergaloze geluksgevoelens. Gehuld in een aura en vervloeiend met de ruimte rondom, verliezen de personages zich in dwangmatige eenzaamheid. Hoewel ze aansluiting zoeken, zijn ze niet in staat zich te hechten zonder daar meteen een hoge prijs voor te betalen. Hun duistere dromen worden daden, buiten hun wil en bewustzijn om. Daardoor hebben ze iets weg van slaapwandelaars, dolend in een eeuwige nacht. Nu en dan toont de schrijfster zich barmhartig. Dan laat ze onverhoeds een paard door het verhaal galopperen, zo’n slaapwandelend kind op de rug nemen en, sneller dan zijn schaduw, weer uit beeld verdwijnen.

Boekenkrant

Ocampo zei dat ze schreef omdat ze niet graag praatte. Ze dichtte en schilderde, illustreerde onder meer werk van Borges. De melancholische, zinnelijke verhalen van Vergeten reis, waarin Ocampo herinneringen aan haar eigen kindertijd verwerkte, openen deuren naar een stil, dromerig, ijselijk parallel universum. Het is een waar genot om er, los van de tijd, in rond te dolen.

Eerder verschenen op Geen dag zonder boek