"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Wij kussen de aarde

Donderdag, 8 juni, 2023

Geschreven door: Jens Tang Kristensen, Pim Arts, Winnie Sze, Naja Naja Rasmussen
Artikel door: Jan Stoel

Haal de kunst van de sokkels af!

[Recensie] Op 8 november 1948 werd de pan-Europese Cobra-beweging opgericht. Dat is dit jaar dus 75 jaar geleden. Cobra was een beweging van jonge kunstenaars die expressief-spontane kunst maakten. Na de Tweede Wereldoorlog veroorzaakten zij een revolutie in de kunst, die tot vandaag de dag doorwerkt. En dan te bedenken dat Cobra in 1951 al weer ophield te bestaan. Natuurlijk besteedt het Cobra-museum in Amstelveen aandacht aan het jubileum. Iedere keer weet men de bezoekers weer te verrassen met een nieuw aspect van Cobra. Een paar jaar geleden nog stonden de vrouwelijke kunstenaars, ‘de vergeten vrouwen’, in en rondom Cobra centraal in de tentoonstelling Nieuwe Nuances. Nu is er het rijk geïllustreerde boek Wij kussen de aarde – Deense moderne kunst 1934-1948. Het zoomt in op wat er in de jaren voor Cobra aan de hand was in Denemarken. De kunstenaars die daar werkten kunnen gezien worden als de wegbereiders van Cobra en hadden in de jaren dertig al een ‘modern pad’ in de kunst ingeslagen.

In vier mooi uitgewerkte essays wordt in het boek inzicht gegeven in wat er in Denemarken aan de hand was en worden drie kunstenaars nader belicht: het echtpaar Mancoba-Ferlov en Ovartaci. De laatste kwam pas tijdens de Biënnale van Venetië in 2022 in het centrum van de belangstelling te staan. Mooi dat het drietal in dit boek in de spotlights gezet worden: kunstenaars die een drang naar vrijheid hadden om te mogen zijn wie ze eigenlijk willen zijn.

Linien
Jens Tang Kristensen beschrijft de aanloop naar Cobra. Begin jaren dertig gaan de eerste kunstenaars naar Parijs. Daar maken ze kennis met de surrealistische kunst. Bille, Richard Mortensen en Bjerke Petersen richten op 15 januari 1934 de abstract-surrealistische groep Linien. Linien was ook een tijdschrift. Het werd het toonaangevende platform voor het surrealisme in Denemarken. “De kunstenaars wilden met hun kunst ingrijpen in het dagelijkse en maatschappelijke leven. Ze wilden rebellie, furore en sociale verandering,” schrijft Kristensen. Petersen was de visionair van de groep en legde contacten met de toonaangevende surrealisten, zoals arts en schrijver André Breton, de bedneker van het Surealistisch Manifest (1924). Kristensen brengt ook opvallende elementen in zijn verhaal, zoals het contact met Bauhaus. Petersen werd in 1930 toegelaten tot de Bauhausschool en kreeg er les van Kandinsky en Klee. Hij was de enige Deense kunstenaar die toegelaten werk. Jorn werd bijvoorbeeld niet toegelaten. “Het handelsmerk van Cobra was kunst maken vanuit het spontane werkende leven van het onderbewuste,” aldus Kristensen evenals de belangstelling voor de kunst van inheemse volkeren, de onbeperkte vrijheid en het spel van het kind. Bij de Denen was dat ook het geval.

Helhesten
Cobra werd pas manifest na de Tweede Wereldoorlog. De kunst kon zich in Denemarken vrij ontwikkelen tot 1943 omdat Denemarken snel capituleerde voor de nazi’s, de Duitsers Denemarken beschouwden als een model-protectoraat, er geen Kunstkamer was en de kunst niet als Entartet beschouwd werd in aanvang. Helhesten werd het kunsttijdschrift dat als platform diende. De kunstenaars uit Helhesten streefden naar cohesie, emancipatie en participatie van de bevolking. Bille schreef: “Moderne kunst is levende kunst. Officiële of academische kunst is dood en inhoudsloos.” Beeldhouwer en schilder Henry Heerup schreef in 1944 dat hij van sokkels waar beelden op tentoongesteld werden af wilde. Sokkels zouden de drempel verhogen om van kunst te genieten. Hij wilde het verschil tussen hoge en lage kunst opheffen. Zie daar de titel van het boek Wij kussen de aarde. Ontregeling, spontaan, fantasierijk, levendig waren kenmerken van Helhesten en later opvolger Høst en zo werden ze een artistieke voorbode van Cobra.

Boekenkrant

Echtpaar
Interessant is het echtpaar Ernest Macoba (1904-2002), opgegroeid in Zuid-Afrika, en de Deense Sonja Macoba-Ferlov (1911-1984. Ze ontmoetten elkaar in Parijs en werden verliefd. Hun interraciale relatie werd destijds niet overal geaccepteerd. Ze brachten een groot deel van hun leven als bijna-kluizenaars door. Het essay dat curator Winnie Sze over hen schreef gaat vooral hoe ze elkaar inspireerden, hun artistieke ontwikkeling, materiaalgebruik en beeldtaal. De Tweede Wereldoorlog had op hen een groot effect. Ernest werd voor vier jaar geïnterneerd en zag allerlei geweld. Sonja maakte voor het begin van de oorlog spontaan en snel werk, maar daarna maakte ze weloverwogen beelden (“een manier om orde in de chaos te scheppen’). Sonja raakte via Høst bij Cobra betrokken. Ernest werd destijds uitgenodigd voor de grote Internationale Tentoonstelling van Experimentele Kunt in 1949 in het Stedelijk, maar zag af van deelname. Waarom is niet bekend. Sze onderzocht de relatie van Enest Macoba met Cobra. Sonja en Ernest bleven onafhankelijk, sloten zich nergens bij aan. Vanaf 1952 vestigen ze zich voorgoed in Parijs.

Patiënt
Bijzonder is het leven van Ovartaci (1894-1985), geboren als Louis Marcussen. Ovartaci betekent letterlijk ‘hoofdpatiënt’. Deze kunstenaar was autodidact, dichter, dromer en psychiatrisch patiënt. Hij werd als jongen opgevoed, emigreerde naar Argentinië en kwam geestelijk uitgeteld terug in Denemarken. In 1929 volgde een gedwongen opname in Aarhus en werd schizofrenie vastgesteld. Hij bleef tot zijn dood opgenomen. Later ging hij door het leven als vrouw, amputeerde zichzelf en artsen zorgden ervoor dat hij ook fysiek een vrouw werd. Asger Jorn had belangstelling voor werken van kunstenaars met ‘een psychologische diagnose’ en ontmoette zo Ovartaci. Haar werk was spontaan, kinderlijk figuratief, expressief en energiek. Typisch Cobra dus. Centraal in haar werk staan metamorfose en transformatie. Kenmerkend zijn de dunne figuren met amandelvormige ogen, vaak vrouwen (ze wilde zelf namelijk graag vrouw worden, maar dat werd geweigerd en ze zat op een mannenafdeling in het ziekenhuis. Daarom omringde ze zich met poppen die ze als ‘vriendinnen’ zag), dolende zielen op zoek naar een nieuw leven. “Haar surrealistische wereld is uitbundig, ongetemd, wild en vrij. Het echte leven was het tegenovergesteld, werd beperkt.” Op 17 mei 2023 is het Ovartaci-museum in Aarhus geopend. Misschien een tip om eens een bezoekje aan te brengen. En lukt dat niet dan is er dit prachtige boek.

Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow