[Commentaar] Vier personen werden vrijdag veroordeeld tot taakstraffen van vijftig en zestig uur, waarvan de helft voorwaardelijk, voor het bedreigen en beledigen van (kinderboeken)schrijver Pim Lammers. De politierechter in Utrecht sprak één verdachte vrij.
Lammers (34) trok zich in februari terug als schrijver van het gedicht voor de Kinderboekenweek 2023 nadat hij tientallen doodsbedreigingen had gekregen. De bedreigingen volgden nadat een verhaal voor volwassenen dat hij in 2015 schreef online werd verspreid. Het verhaal gaat over een minderjarige voetballer die een seksuele ervaring heeft met zijn volwassen trainer die de jeugdige voetballer probeert te misbruiken. Het verhaal is gebaseerd op ervaringen van een kennis van Lammers. Extreemrechtse en christelijke conservatieve organisaties stortten zich op de kwestie, en zo ontstond er een hetze tegen Lammers.
Met grote verontwaardiging reageerde schrijvend Nederland destijds op de bedreigingen aan de kinderboekenschrijver. Ook Pen Nederland reageerde met een verklaring: “Met afschuw heeft PEN Nederland gelezen over de doodsbedreigingen aan Pim Lammers, die ertoe geleid hebben dat hij zich terugtrekt als schrijver van het gedicht voor de Kinderboekenweek 2023.”
De veroordelingen zijn een stap in de goede richting en geven een duidelijk signaal af. We moeten strenger optreden tegen het bedreigen van schrijvers en journalisten, van mensen die zich bedienen van het vrije woord.
Voor Pim Lammers is hiermee de kwestie helaas nog lang niet afgedaan. Pim Lammers was niet aanwezig bij de zitting. In zijn slachtofferverklaring, die werd voorgelezen, liet Lammers weten dat hij nog steeds bezig is de doodsbedreigingen te verwerken. Ook heeft hij geen plezier meer in zijn werk.
“Niet eerder was die bedreiging zo massaal, zo massief en zo beangstigend”, schreef Lammers in zijn verklaring. “In wat voor samenleving leven wij als zelfs kinderboekenschrijvers beveiligd moeten worden?”
De veroordeelden komen er met een taakstraf af. We hopen van harte dat Lammers snel weer de lol in het schrijven hervindt.
—
Roeland Dobbelaer