"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Bottom-up kerk

Zondag, 25 juni, 2023

Geschreven door: Tabitha van Krimpen
Artikel door: Bert Altena

Op zoek naar betekenisvolle ervaringen

[Recensie] Ze was tot vorig jaar de Jonge Theoloog des Vaderlands, een titel waar ze met verve inhoud aan geeft. Tabitha van Krimpen is begaan met haar generatiegenoten, die massaal afwezig lijken in de kerk, zeker in de gevestigde kerken zoals de Protestantse kerk in Nederland (PKN). Wat kan en moet er anders, zodat haar kerk weer aantrekkelijk wordt voor twintigers?
De ervaringen die ze op heeft gedaan in haar jaar als JTV zet ze in bij haar zoektocht. Aangevuld met kennis uit twee studies die ze heeft gedaan, theologie én bedrijfskunde, en dat alles gebaseerd op een liefde voor de kerk die ze vanuit haar eigen achtergrond meedraagt.

Die liefde weerhoudt haar er niet van om kritisch te zijn op veel kerkelijk gedoe. Twintigers worstelen met belangrijke levensvragen die juist in deze fase van het leven spelen: over studie en werk, over relaties, over de plek van zingeving, tussen wat je aan waarden hebt meegekregen en zelf belangrijk vind om mee te nemen. “Veel twintigers zoeken naar plekken waar zij verschil kunnen maken en van betekenis kunnen zijn. Een plek waar ze zich thuis voelen en gezien worden. De kerk is vaak niet die plek voor hen” (p. 19).

Basis
Dat moet dus anders. Om te beginnen door het perspectief om te keren. Van Krimpen gelooft in het bottom-up principe, vanuit de bedrijfskunde geïnspireerd. Een organisatie (of kerk) die van onderop wordt opgebouwd, niet van bovenaf bestuurd. Een bottom-up kerk “begint van onderop, vanuit de basis, in dit geval de twintigers zelf. Zij neemt hen serieus en twintigers hebben zelf de bevoegdheid om beslissingen te nemen over de toekomst van de kerk” (p. 35). Dus ruimte voor projectmatig werken, experimenten en nieuwe vormen. Niet gehinderd door teveel regeltjes, vervreemdend taalgebruik of stroperige procedures.

Twintigers zoeken in de kerk naar beleving. Ze zijn op zoek naar betekenisvolle ervaringen die hun leven verrijken, concludeert Van Krimpen op basis van veel gesprekken die ze onder het motto Tabitha on Tour voerde, op plaatsen waar twintigers wél komen, zoals een festival of een sportschool. Aan dat laatste ontleent ze het idee om een abonnement op de kerk te nemen, zoals je ook een abonnement op de sportschool hebt. Op je eigen voorwaarden en naar je eigen voorkeuren ingericht. Een laagdrempelige en klantvriendelijke manier om (jonge) mensen kennis te laten maken met de kerkelijke activiteiten (p. 154).

Boekenkrant

Zo komen er in dit boek meer praktische ideeën aan bod: hef je kerkblad op (en wordt online actief), ga speeddaten met mensen uit de buurt, of organiseer diensten die ingevuld worden door gemeenteleden, zonder predikant. Altijd goed om te blijven experimenteren, al is het meeste al eens eerder uitgeprobeerd.

Maar het belang van dit boek ligt niet in de praktische tips. Het zit in de uitdaging om je echt te openen voor de leefwereld van twintigers en de specifieke kenmerken van deze generatie, bv. als het gaat om communicatie en de behoefte om vrij gelaten te worden. Voor jonge mensen is het lastig om in een starre organisatie, die de kerk vaak toch is, zichzelf te kunnen zijn en inspiratie te vinden.

Logge organisatie
Dat zal zo zijn en dat zal zo blijven, vrees ik. Op een bepaalde manier is dit zo’n soort boek dat iedere keer weer opnieuw geschreven moet worden. Want de kerk, zeker in haar gevestigde vorm, en daar gaat dit boek vooral over, is nu eenmaal een logge organisatie waar veranderingen voetje voor voetje plaatsvinden. Nooit snel genoeg voor jonge honden.

Maar die zwakte is tegelijk haar kracht. Een instituut dat een stevigheid heeft die in veranderende omstandigheden zich altijd weet aan te passen. Zo kun je ook naar de kerk en haar traditie kijken (dat doe ik bij voorkeur). Daarom is het opmerkelijk dat Van Krimpen bijna volledig voorbij gaat aan de pioniersplekken en nieuwe vormen waarmee binnen de PKN de laatste jaren volop wordt geëxperimenteerd.

Daarmee wil ik het boek niet wegzetten of afserveren. Maar misschien wel haar klacht wat nuanceren. We leven in tijden waarin het geloven in clubverband de wind niet mee heeft. Dat verander je niet met wat aanpassingen van de kerkelijke regelgeving of vereenvoudiging van de kerkorde. De bedrijfskundige inzichten die door Van Krimpen op dit punt worden ingezet, overtuigen niet echt. Tegelijk gebeurt er meer aan vernieuwing en experiment dan het lijkt, ook al gaat dat het algemene tij niet keren.

Wat voor de kerk geldt, geldt ook voor andere verenigingsvormen en vrijwilligersorganisaties. (Jonge) mensen willen zich niet binden. Blijft de vraag of wij (de kerk) ze wel kunnen boeien. Uitdagingen genoeg. Ook dat zal zo blijven.

Eerder gepubliceerd op NieuwWij en Bert Altena