"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Maak jezelf maar klaar

Zondag, 22 februari, 2009

Geschreven door: Etty Elsbeth
Artikel door: Jona Lendering

Experiment in literaire kritiek

De literatuurwetenschap heeft iets paradoxaals: het is het wetenschappelijk onderzoek van een medium dat zelf waarheden verwoordt op niet-wetenschappelijke wijze. Goede romans zijn meerduidig, suggestief en ambigu, voor elke generatie anders. Van een wetenschappelijke publicatie wordt daarentegen verwacht dat ze de waarheid eenduidig, expliciet en zonder ambiguïteit weergeeft. Deze tegenstelling maakt het lezen van literatuurwetenschappelijke publicaties lastig, omdat de lezer steeds moet veranderen van leeshouding: door een roman laat je je het liefst overmeesteren en meeslepen, terwijl wetenschappelijk proza vooral alertheid vergt. Dit heen en weer gaan tussen twee leesstijlen maakt literatuurwetenschappelijk proza vooral vermoeiend, wat mede oorzaak is van enkele onterechte verwijten aan de discipline: ze heeft geen nut, is irrelevant, voegt niets toe.

Toevallig zijn onlangs twee pogingen ondernomen deze ‘switch’ tussen twee leesstijlen te vermijden. L.S. Klinker kiest er in The New Annotated Dracula voor de roman van Bram Stoker te presenteren alsof het gaat om non-fictie. Dat leest erg prettig en de lezer ervaart bovendien opnieuw de schok die Stokers tekst ooit teweegbracht. Elsbeth Etty doet in haar romandebuut Maak jezelf maar klaar het tegengestelde: ze brengt literaire kritiek als fictie. Allerlei informatie over Harry Mulisch’ De ontdekking van de hemel wordt gepresenteerd in romanvorm. Het levert een wonderlijk boek op dat als roman minder overtuigend is dan als kritiek.

Etty presenteert ons het dagboek van Ada Brons, de vrouw die in De ontdekking van de hemelde minnares is van zowel Max Delius als Onno Quist. Ze is ook de moeder van Quinten, die in Mulisch’ roman de tafelen met de Tien Geboden van de aarde terugneemt en naar de hemel brengt. Via de dagboekschrijfster en haar moeder – die de tekst zou hebben uitgegeven – kan Etty commentaar geven op De ontdekking van de hemel, zoals Ada’s beschrijving van de plannen van Onno en Max:

‘Ze hebben dus een maagd gezocht en Max heeft haar gevonden … Omdat ik een maagd van twintig ben is hij me blijven volgen. Nu moet ik zeker de Messias gaan baren. Om je rot te lachen. Op het moment dat dit alles tot me doordrong, vond ik het zo bizar worden dat ik besloot hun spel mee te spelen.’

Boekenkrant

Zo maakt Etty expliciet wat Mulisch in De ontdekking van de hemel impliciet laat. Elders weeft ze door Ada’s dagboek spitse commentaren over de aard van mythologie, constateert ze dat het niet logisch is dat Mulisch’ Max Delius dweept met Kafka, geeft ze een etymologie van ‘hooblei’ en legt ze de betekenis uit van de initialen van Quinten Quist.

Een andere aardige observatie is dat Ada’s moeder lijdt aan de geestesziekte die ‘Münchausen by proxy’ heet: een gedachte die verhelderend bleek te werken toen ik Mulisch’ boek herlas. Toch is het ook problematisch, want de uitdrukking bestond niet in 1967: pas in 1977 is het bestaan van dit syndroom voor het eerst gepostuleerd en er moest nog een kwart eeuw verstrijken voor het erkenning kreeg. Het is niet het enige anachronisme in Etty’s roman. Een soortgelijk probleem is Onno’s opmerking dat de tafels met de Tien Geboden volgens sommigen zijn overgebracht naar Ethiopië. Dat is een idee uit 1992, en het is bovendien out of character dat de knorrige geleerde Onno deze flauwekul debiteert zonder welverdiende sneer naar de pseudoarcheoloog Graham Hancock.

Het gaat wel vaker verkeerd als Etty schrijft over religie. Haar uitleg van de onbevlekte ontvangenis corrigeert een misverstand maar is nog altijd onjuist. Elders duidt ze de Rotskoepelmoskee aan als de Al-Aqsamoskee of beweert ze dat Giordano Bruno is verbrand als ketter omdat hij meende dat het heelal oneindig was. Toegegeven, dit waren opmerkingen uit het dagboek van een romanfiguur, maar die zijn bedoeld als literaire kritiek en mogen dus worden gemeten aan de maatstaf die geldt voor een wetenschappelijke discipline.

Een ander probleem is de structuur van het boek. Te vaak wordt in Ada’s dagboek informatie verstrekt die een echte dagboekschrijver bekend zou veronderstellen: zo wordt ergens uitgelegd dat oom Chris de broer is van Ada’s moeder. Dit probleem had eenvoudig kunnen worden verholpen: Ada’s moeder zou aan haar taak als tekstbezorgster het schrijven van voetnoten hebben kunnen toevoegen.

Af en toe voert Etty de spanning op te doorzichtige wijze op. Zo kondigt Ada ergens aan een grandioze ontdekking te hebben gedaan, maar kan ze het niet noemen omdat ze op de ene dag te opgewonden is en vervolgens niet in de stemming, zodat we pas na vier bladzijden vernemen wat ze heeft ontdekt. Dit uitstel maakt het verhaal spannender, maar is als procedé te opvallend. Ik zou voor deze structuurfout het literatuurwetenschappelijk jargon willen verrijken met de term ‘münstermannen’.

Etty – of eigenlijk Ada – is ook geen groot stiliste. Er zijn anglicismen die, voor zover ik kan zien, geen functie hebben (‘amber’ in plaats van ‘barnsteen’) en de tekst wordt ontsierd door clichés: Ada’s moeder maakt krassen in de cello van haar dochter, ‘dezelfde butsen en krassen die ze in mijn ziel en de rest heeft gekerfd’. De seksscènes zijn tenenkrommend:

‘Hij maakte zijn gulp open en… jezus! Zijn lul schoot naar buiten, schitterend als een springplank die zojuist door de olympisch kampioen schoonspringen is verlaten. Wat een ding! Veel groter dan ik had verwacht, en warm en kloppend. Het aftrekken zelf was zo gebeurd en Bruno vond het heerlijk.’

En hiermee komen we bij een wezenlijker probleem van Maak jezelf maar klaar: de thematiek. Omdat Etty ervoor koos literaire kritiek te gieten in de vorm van een roman, heeft ze een overkoepelend thema nodig, en ze heeft gekozen voor Ada’s seksuele bevrijding. Ik vrees dat de oubolligheid niet is bedoeld als hommage aan de even oubollige thematiek van De ontdekking van de hemel: de onttovering van de wereld.

Kortom, Maak jezelf maar klaar is als roman niet zo geslaagd. Toch heeft Etty wel wat in haar mars: in de tweede helft, als Ada’s voorgenomen abortus centraal komt te staan, wordt het verhaal aangrijpend. Er zijn ook genoeg interessante observaties over en aanvullingen bij De ontdekking van de hemel om de lezer die Mulisch’ roman ernaast heeft liggen, geboeid verder te doen lezen.

Recensieweb verwacht van zijn recensenten dat ze een boek een cijfer geven op de schaal van één tot vijf: de sterren die naast dit artikel staan. Als roman is Maak jezelf maar klaar er twee waard, maar ik geef er drie omdat ik Etty’s experiment de moeite waard vind. Dat het geen succes is, doet daaraan niet af.


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.

Boeken van deze Auteur: