"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Recensie: Zombies op school

Zaterdag, 23 maart, 2024

Geschreven door: Marieke Boeijen, Geert Gratama
Artikel door: Rita Pontororing

Wie zijn die zombies?

Het verhaal begint kabbelend, een spreekbeurt, de voorbereidingen van de musical. Heel herkenbaar als je een ‘zevende of achtste groeper’ bent. Beste vrienden Mick en Jimmy willen graag een kleine rol. En die krijgen ze, de rol van kerstboom. Gewoon achter op het podium staan en een beetje met de takken zwaaien. Midas de nieuwe jongen in de klas, mag Jozef spelen. Een rotkind, vindt Mick.

Tijdens de repetitie haalt Jimmy vreemde fratsen uit tot hilariteit van Mick. Maar dan opeens …. Jimmy’s lichaam schudt heftig, heel eventjes. Daarna doet hij wel heel vreemd en loopt stampvoetend weg.

En waar is Midas gebleven? Waar zijn de twee jongens? Het zijn vreemde gebeurtenissen.

Bovendien als je het gedrag van je beste vriend niet herkent, dan wordt het allemaal nog vreemder . Althans dat gevoel krijgt Mick. Jimmy houdt bijvoorbeeld opeens van voetbal. “Je mattie houdt ineens van voetbal’, constateert vriendin Juliëtte een meisje dat een flapuit is en soms ongemakkelijk eerlijk.

Ik perspectief
Marieke Boeijen heeft het verhaal in het ik-perspectief geschreven, Mick is de verteller. De ik-vorm doet je helemaal meeleven met Mick. Eerst kan hij nog lekker lachen om zijn beste vriend Jimmy maar niet lang daarna ontdekt hij dat Jimmy, Jimmy niet meer is.

Tijdens het lezen voel je mee met Mick en ook de vragen die Mick zichzelf stelt, trekken je mee het verhaal in. Vooral als zijn vriendinnen Juliëtte en Brynja beweren dat hij een tante heeft.  Dat heeft hun moeder verteld.

Als Mick ook nog een brief krijgt, ondertekend met ‘je tante, Margaretha’ wordt het verhaal steeds spannender.

Volgen er meer zombies?
Zombies op school, een debuut van Boeijen, leest vlot weg. Er wordt spanning opgebouwd, er gebeuren vreemde dingen die je nieuwsgierig maken. Vooral de brief van tante Margaretha  die eindigt met “PS. Als er een zombie in de stad is, dan volgen er meer.” Hoe dat komt? Doorlezen dan kom je dat te weten. En dat kan misschien ook een kleine schok geven, als je de reden leest.  

Naast de opbouw van spanning, blijft Boeijen je vasthouden in het verhaal. Een voorbeeld?
Mick brengt zijn moeder op een zeker moment naar haar auto. Waarbij Mick zegt:
“Je weet wel dat er twee soorten stiltes zijn”. Hij vertelt welke stiltes er zijn, super leuk beschreven. Hij voegt er ook nog aan toe: “Later zou ik ontdekken dat er nog een derde stilte is.” Dat draagt eveneens bij aan het gevoel om lekker door te willen lezen, toch?

De zwart-wit tekeningen van Geert Gratama geven het verhaal het griezelige sfeertje dat bij een ‘zombieverhaal’ hoort. Spannend, af en toe een kleine rilling opwekkend maar niet echt heel eng. En een rillinkje hoort er gewoon bij.

Nieuwsgierig? Hierbij een Leesfragment van de eerste 27 bladzijdes.



Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow

Schrijven Magazine