"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Tot de dood ons scheidt

Vrijdag, 17 september, 2021

Geschreven door: Lionel Shriver
Artikel door: Guido Goedgezelschap

Fantasievariaties

[Recensie] Messcherpe satire en oog voor de tijdgeest zijn twee conclusies die je uit het werk van Lionel Shriver (°Margaret Ann, 18 mei 1957, Gastonia, North Carolina, USA) kan trekken. Zij is romanauteur en columnist en woont afwisselend in Londen en New York. We need to talk about Kevin (2003) is haar bekendste roman, goed voor de Orange Prize en in 2011 door de Schotse cineaste Lynne Ramsay verfilmd.

“Ik stel voor dat we tachtig worden en dan zelfmoord plegen.”

Dit idee stelt Cyril voor aan zijn echtgenote Kay, de hoofdpersonages. De aanleiding voor deze ingrijpende keuze: Alzheimer. Tien jaar lang hebben zij Kay’s vader op een mensonwaardige manier zien aftakelen. Cyril is een dokter met een zeer uitgesproken visie  op de gezondheidszorg (NHS). De hallucinante kosten daarvan en daardoor de financiële druk op de maatschappij zijn een tweede argument om zijn plan door te drukken. Hij  kan Kay overtuigen: op de dag dat zij tachtig zal worden zullen zij hun zelfmoordplan uitvoeren om zo te ontsnappen aan de aftakeling waarvan zij getuige geweest zijn én daardoor ook het kostenplaatje voor de gezondheidszorg  drukken.  Maar Cyril en Kay zijn zeer vitale vijftigers op het moment van hun beslissing en de ultieme datum is nog zeer ver weg.

“In nieuwsberichten over onze ‘vergrijzende bevolking’”, betoogde hij boven de kippastei, “noemen de presentatoren de steeds langere levensduur nooit zonder er snel aan toe te voegen ‘en dat is natuurlijk een goede zaak!’ Dat terzijde is dwangmatig. Maar het is geen goede zaak! We leven niet langer. We sterven langer!”

Dans Magazine

Tijdsbeleving is een relatief begrip. Dertig jaar lijkt een lange periode. Op  vele momenten in het verhaal komt de zeer menselijke en te verwachten reactie: twijfel! De tijd gaat zo snel alsof het lijkt dat de laatste dag naar je toe komt in plaats van dat je er zelf naar toe leeft. Vooral de snelle opeenvolging van gebeurtenissen, die stuk voor stuk een grote impact hebben op het wereldgebeuren, lijken de tijd een supersonische snelheid te geven.

“We leven in het tijdperk van vrouw Holle,” gekscheerde Toon Hermans ooit  in een van zijn conferences: hij had gelijk!

De auteur maakt in Tot de dood ons scheidt zeer handig gebruik van in- en aangrijpende gebeurtenissen tijdens de eerste twintig jaar van het nieuwe millennium. Vooral de soap die er ontstond  na de beslissing van het volk om de EU te verlaten, de Brexit,  grijpt zij zeer dankbaar aan: de tweespalt die er ontstaat in Groot-Brittannië is analoog met de toestand die er heerst tussen Cyril en Kay: vertrekken of blijven. Vooral Cyril is voorstander van ‘remain’. Dat staat in groot contrast met het plannetje van hun gezamenlijke ‘leave’ op 29 maart 2020.

“Sinds het referendum  had hij zich permanent laten opwinden over de verbijsterende pogingen tot ‘nationale zelfmoord’ van hun hersenloze landgenoten. Dat het Verenigd Koninkrijk zichzelf van kant maakte was een gruwel; dat zij tweeën dat zouden doen was een daad van sociale barmhartigheid.”

Lionel Shriver heeft een vaak beproefde tactiek gebruikt om deze roman te schrijven. Net zoals er ontzettend veel scenario’s geschreven werden voor de uiteindelijke Brexit, zo ook heeft de auteur een twaalftal scenario’s uitgeschreven voor de exit van Cyril en Kay.

Fantasievariatie is de titel van deze recensie: hierbij blijft een karakteristiek gedeelte van het thema constant terwijl alle andere elementen kunnen veranderen. In de muziek was Beethoven een meester in variatietechnieken. Onder andere de Diabelli variaties beschouwde hij het thema niet meer als een integrale melodie, maar als een reeks karakteristieke motieven die hem de mogelijkheid boden om met een ongekende vrijheid het oorspronkelijke materiaal te transformeren.

Twaalf variaties, voor mij persoonlijk té veel. Een aantal keren verrast de auteur met zeer realistische mogelijkheden. Die realistische inspiratie was blijkbaar vlug uitgeput. Meer en meer wordt de lezer meegesleurd in een serie sf-achtige verhalen. Wat dacht je van een medicijn tegen onsterfelijkheid? Een eeuwigdurende verveling zou ons lot zijn. Of van invriezen en later als een vormeloze blubber ontwaken in een tijd die je niet kent? Je zou al vlug een plaats krijgen in het rariteitenkabinet. Of een woonzorgcentrum dat er uitziet als een fabrieksloods? […] En dan is er ook nog zoiets als een “archetypische wegpiraat” en “iets in de vorm van Noorwegen!?”

Wat wel gezegd kan worden over dit boek: Shriver schrijft een zeer actuele roman. Het terrorisme in New York, de bankencrisis en de Covid-19 – pandemie als meest recente. Maar daarnaast zijn er ook nog de milieuproblematiek en het migrantenprobleem. De auteur neemt alles op de korrel en ze ventileert dat meestal in uitspraken en meningen die Cyril en/of Kay in de loop van het verhaal uiten. Meer en meer kom je als lezer tot de ontdekking, tot de vaststelling dat die meningen wel eens de meningen van de auteur zelf kunnen zijn. In het boek hekelt Shriver de beslissingen die de regering van Boris Johnson neemt in verband met de coronapandemie. In een interview met Marco Visser (Trouw, 30 mei 2020) lees ik: schrijfster Lionel Shriver is tegen de lockdown: “Het verwoest de economie en vernietigt ons leven.”

Ook het migrantenprobleem komt in één van de variaties aan bod. Hier is het vooral Kay die vrij hard van stapel loopt.

“Hyde Park en Kensington Gardens zijn tentenkampen en no-gogebieden. Je kunt niet langs de South Bank lopen vanwege alle onder dekens gekropen gezinnen die hun bekertjes naar je uitsteken. En het is niet alleen hier. In Parijs zitten ze overal langs de Seine, op de bruggen, rond de Eiffeltoren en op een kluit rond de piramide van het Louvre – waarvan ze alle ruiten hebben ingeslagen. […] Zelfs jij en ik kunnen ons nauwelijks een armzalig worstje veroorloven. Wat moet dit land met ze?”

De voorgaande passage moet gekaderd worden binnen het thema van de toekomstige klimaatvluchtelingen: een niet zo fraai toekomstbeeld. En toch is het geen duister boek: er wordt een beeld geschetst van een koppel dat terug kan kijken op een geslaagd leven: jobs in de gezondheidszorg, gezonde kinderen, een mooi huis, … maar die samen een niet alledaags plan hebben uitgedokterd om op een waardige manier uit dit leven te stappen. Dit geeft de mogelijk aan de auteur om een aantal heikele maatschappelijke en sociale  thema’s vanuit verschillende perspectieven te benaderen, waarin de mening van de auteur vaak (te vaak?) aan bod komt. Een opmerkelijke passage: de auteur schrijft iets neer wat anderen over haar zouden kunnen zeggen, zelfkritiek?

“Zeg alsjeblieft dat je niet luistert naar dat mens van Shriver. Dat is een hysterica. En zo irritant en zelfingenomen, alsof ze wil dat de beschaving instort, alleen maar om haar gelijk te halen. Ze is niet om aan te horen.”

Humor en sarcasme zijn de ingrediënten die er voor zorgen dat we de toekomstgerichte variaties enigszins met een korrel zout kunnen benaderen zonder in een bodemloze zwartgalligheid te vervallen.

Hoe verder ik vorderde in het boek, hoe minder de auteur mij kon boeien: mijn verwachtingen werden gekelderd. “Tot de dood ons scheidt is een pageturner” lees ik op de achterflap. Dat was het voor mij zeker tot en met bladzijde 45: ik keek verwachtingsvol uit naar wat er met het koppel stond te gebeuren. Aanvankelijk waren de variaties best leuk, maar een aantal té lange hoofdstukken en het afbrokkelen van de geloofwaardigheid hebben voor mij een nefaste invloed op de waarde van deze roman.

Wat wel overeind blijft: Lionel Shriver schrijft messcherpe satire en heeft een opmerkzaam oog voor de tijdsgeest.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub Van Alles

Boeken van deze Auteur:

Tot de dood ons scheidt

De weg van de meeste weerstand