"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Verenigt u!

Zondag, 1 december, 2019

Geschreven door: Thijs Lijster
Artikel door: Tanny Dobbelaar

Flexwerkers aller landen, verenigt u!

De auteur

[Recensie] Thijs Lijster (1981) doceert kunst- en cultuurfilosofie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij promoveerde in 2012 cum laude op de filosofie van Walter Benjamin en Theodor Adorno. In 2016 verscheen De grote vlucht inwaarts. Essays over cultuur in een onoverzichtelijke wereld en dit voorjaar Kijken, proeven, denken. Essays over kunst, kritiek en filosofie.

Het boek

Verenigt u! verschijnt in de reeks Nieuw Licht, waarin filosofen het werk van een klassieke filosoof in verband brengen met actuele thema’s. In deze aflevering essayeert Thijs Lijster rondom Het communistisch manifest van Karl Marx en Friedrich Engels uit 1848, waarvan achterin een fragment is opgenomen.

Precariaat of proletariaat

Laatst kreeg ik een uitnodiging voor een tupperwareparty, zo’n huiskamerbijeenkomst waar een tupperwareconsulent huishoudelijk plastic verkoopt aan buren en vriendinnen van de gastvrouw. Thijs Lijster rekent de tupperwareconsulent ongetwijfeld tot het precariaat (van precair: onzeker, kwetsbaar). Ga maar na: ze werkt voor eigen rekening en kent geen sociale zekerheid. Hoe kwetsbaar die positie ook is, in de personeelswerving van tupperwareconsulentes klinkt haar positie vooral voordelig: zo’n consulent ervaart vooral vrijheid en met de beloning kan ze dromen laten uitkomen. Bovendien combineert dit avondwerk handig met kinderen.

Het precariaat groeit, in Europa en daarbuiten. De term past volgens sommige theoretici beter bij hun huidige omstandigheden dan het begrip proletariaat, hoewel de onderdrukking er niet minder om is. Flexibele arbeid is een perfect instrument voor disciplinering en controle van de bevolking. Door permanente onzekerheid werken mensen hard. Ook zien ze elkaar vooral als concurrenten, wat collectief protest tegen slechte werkomstandigheden voorkomt.

Boekenkrant

Het contrast met de arbeider van vroeger is groot. Als exemplarisch voorbeeld neemt Lijster zijn opa, geboren in 1919, een overtuigde PvdA’er die opklom van boerenknecht tot administrateur. Dat hij ooit een eigen auto zou bezitten, leek opa Lijster lange tijd ondenkbaar. Hij kocht zijn eerste toen hij 54 was. Uiteindelijk werd hij arbeidsongeschikt verklaard en kreeg hij eerst WAO en later AOW.

Lijster neemt het zelf geschreven levensverhaal van opa Lijster als leidraad voor zijn essay. Daarin noemt opa Lijster zichzelf met trots arbeider, iets wat weinig mensen vandaag nog zullen doen. Wat is er veranderd? Lijster citeert de multimiljonair Warren Buffett, de op twee na rijkste man ter aarde. “Er is de afgelopen twintig jaar een klassenstrijd gaande geweest, en mijn klasse heeft gewonnen.” De opstand van het uitgebuite proletariaat tegen de heersende klasse, zoals voorspeld door Marx en Engels, lijkt verder weg dan ooit.

De arbeiders van weleer zien zichzelf tegenwoordig als menselijk kapitaal dat zowel privé als op het werk voortdurend om investeringen vraagt. Flierefluiten is er niet meer bij. Ook de scheiding tussen arbeid en kapitaal vervaagt. De werkende mens is zowel slaaf als kapitalist omdat hij via spaarrekeningen of pensioenfondsen zijn eigen uitbuiting door het systeem in stand houdt.

De gevolgen van dit ‘cognitief kapitalisme’ zijn groot. Neem het onderwijs. Dat voedt leerlingen en studenten niet langer op tot mondige burgers maar tot cognitieve arbeiders, schrijft Lijster. Om dat proces efficiënt te laten verlopen, worden docenten voortdurend volgens strakke criteria geëvalueerd. Zo help je elke vorm van creativiteit onderwijskundig om zeep.

Redenen om dit boek te lezen

Met grote vaart en een soepele pen verbindt Lijster ideeën met elkaar die uitmonden in de oproep: “Kwetsbaren alle landen: verenigt u!” Grenzen tussen bevolkingsgroepen en nationaliteiten moeten daarbij worden doorbroken. “De creatieve zelfstandige, de flexbouwvakker en de thuiszorgmedewerker moeten inzien dat hun lot en hun belangen verbonden zijn met de Poolse loodgieter en met de arbeiders in de sweatshops van Bangladesh en de techfabrieken in Korea.” De klimaatcrisis en bestaansonzekerheid treffen immers mensen wereldwijd.

Redenen om dit boek niet te lezen

Dit pamflet heeft de diepgang van een pamflet. En soms stokt Lijsters pen. Zo lijken de passages over vrouwen en werk een moetje, en niet alleen omdat oma Lijster haar levensverhaal niet opgeschreven heeft. Hoewel Lijster uitgebreid de feminisering van arbeid bespreekt, negeert hij het gebrek aan economische zelfstandigheid van, zeg, tupperwareconsulentes, als ook het gegeven dat propaganda voor de participatiemaatschappij voor hen meestal nadelig uitpakt.

Eerder verschenen in Trouw en op Tanny Dobbelaar

Lees ook de recensie van Marjan Slob

Boeken van deze Auteur:

Wat we gemeen hebben: een filosofie van de meenten

Kijken, proeven, denken. Essays over kunst, kritiek en filosofie,

Kijken, proeven, denken. Essays over kunst, kritiek en filosofie

Kijken, proeven, denken. Essays over kunst, kritiek en filosofie

De grote vlucht inwaarts