"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Recensie journalistiek: Ach, zeik niet

Donderdag, 2 mei, 2024

Geschreven door: Hans van der Meer
Artikel door: Marianne Janssen

Gezelligheid kent tijd. Hoe de carriere van journalist Han van der Meer begon

Als Han van der Meer, oudste uit een Amsterdams arbeidersgezin met elf kinderen, in 1955 op zestienjarige leeftijd van de hbs wordt gestuurd wegens “onvoldoende resultaat op bijna alle punten”, doet zijn vader nog een goed woordje voor hem, maar dat mag niet baten. Han moet een baan gaan zoeken. En omdat hij graag stukjes schrijft oppert zijn moeder dat hij misschien journalist kan worden. Bij de Echo wellicht of De Tijd. Maar De Tijd, zo krijgt hij op zijn sollicitatiebrief te horen, vereist van zijn journalisten minimaal een afgeronde opleiding aan de middelbare school. Han trekt de stoute schoenen aan en besluit persoonlijk een bezoek te gaan brengen aan de heer Lücker, de hoofdredacteur van de Volkskrant. Misschien wil die hem wel hebben. En zowaar, hij maakt een goede indruk, Lücker neemt hem aan als bediende op de redactie. En daarmee neemt Hans’ carrière in de journalistiek een aanvang.

Han werkt zowel op de redactie als bij het archief en overal kijkt hij zijn ogen uit en wil hij leergierig het naadje van de kous weten. Hij leert allerlei nieuwe woorden: de krant moet zakken, een eenkolommer, een hoerenjong, een tweekoloms zak, achtpunts op een tienpunts voet, matrijs, een cursiefje en niet te vergeten de prachtige namen die de lettertypes droegen: Bedoni, Stellar, Garamund, Futura, Helvetica, Times, de schreefloze letter… Er gaat een wereld voor Han van der Meer open die hij de rest van zijn leven niet meer zal en wil verlaten. En al die redacteuren die daar op hun grote Remingtons stukjes zaten te schrijven… En dan plotseling, in februari 1957, is daar de dag dat chef buitenland Daan van Rosmalen hem zegt dat hij een telexbericht mag bewerken tot een “stukkie voor de krant” een bericht over de Trans Europa Expres. ‘En Han, hooguit driehonderd woorden’. Han schrijft, wordt verbeterd, leert schrijvenderwijs en zet zo zijn eerste schreden op het pad van de journalistiek.

Een beginnende journalist
Deze autobiografie gaat vooral over Van der Meers eerste jaren in de schrijvende journalistiek, de jaren bij de katholieke Volkskrant, toen de kranten nog niet waren opgeslokt door grote buitenlandse concerns, de tijd waarin alle kranten immens groeiden, waarin ‘alles kon’ en de techniek van kranten bijna kunstwerken maakte toen de vierkleurendruk zijn intrede deed.
Naast deze geschiedenis gaat dit boek over de emancipatie van het naoorlogse arbeidersgezin waarin Han van der Meer werd geboren. De jaren vijftig waren niet altijd eenvoudig, maar wie karakter had klom naar boven, dat blijkt uit de verhalen in dit boek.

Manuscript
Van der Meer liet zijn manuscript door enkele coryfeeën van vroeger en nu lezen. Zij waren zonder uitzondering enthousiast. Het tijdsbeeld van toen is kleurrijk beschreven en oude collega’s werden bekropen door heimwee naar vroeger tijden. Zó was het in die jaren en wat is er veel veranderd!
Die kranten nostalgie lijkt gereserveerd voor journalisten van toen, het is de vraag of jeugdiger lezers – zelfs als het vakgenoten zijn – nog gegrepen zullen worden door dit verhaal. Van der Meer schrijft goed maar erg wijdlopig, regelmatig komt de uitdrukking ‘opa-vertelt’ naar boven. Was er echt zóveel omhaal van woorden nodig voor dit verhaal?

Boekenkrant

Ook verschenen op Leeskost

Leesadvies voor jongeren

Vriendelijke eigentijdse geschiedenis voor tijdgenoten van de schrijver en liefhebbers van recente geschiedenis.

Boeken van deze Auteur:

Minor Mysteries