"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Recensie horror: Griezeljaarboek 2023

Woensdag, 17 januari, 2024

Geschreven door: Theo Barkel
Artikel door: Johan Klein Haneveld

Niet altijd eng, maar wel goed

Het niveau van deze editie van Vampieren en demonen ligt hoger dan dat van de eerste bundel. Geen uitschieters naar beneden of halfslachtige pogingen eng te zijn. Wel een paar verhalen die misschien een beetje voorspelbaar waren, of vooral gruwelijk en niet verontrustend of angstaanjagend, maar in deze bundel kan de hele breedte van het horrorgenre voorbijkomen – van horror met een flinke knipoog, horror met een flinke scheut bloed en ingewanden, tot meer psychologische verwarring en begoocheling. Alle verhalen waren goed geschreven, en ik vond maar een paar storende foutjes – niet zoveel dat ik daardoor uit de verhalen raakte.
De bundel opent met Vriendin voor één nacht van Tais Teng – over een jongen die een wel heel bijzondere date meeneemt naar een schoolfeest. In de barokke stijl van Teng geschreven, met een flinke dosis overdrijving (het oude manuscript is niet gebonden in mensenhuid, maar in de huid van een aartsengel) speelt dit verhaal met horrorelementen, maar brengt het bij de lezer vooral een brede glimlach op het gelaat.

Mythologie
Theo Barkel melkt met Cerberus de Griekse mythologie van de onderwereld uit voor horroreffecten, waarbij liters bloed vloeien, natuurlijk. Zijn verhalen hebben altijd een knipoog. Meer zo’n overdreven film die je kijkt om te lachen over de special effects dan om echt angst te ervaren, maar die knipoog maakt het wel sympathiek. Er is zelfs ruimte voor een vervolg.
De attractie van Guido Eekhaut was mooi en sfeervol beschreven, over afgezonken mensen in een grauwe wereld. Er waren hints van een dystopie. Het bouwde ook erg goed ergens heen, maar voor mij was het einde misschien iets te ambigu. Er gebeurde iets, maar wat? Misschien zou ik het verhaal nog eens moeten lezen en herlezen om er meer uit te halen.
Na zo’n mooi, ingetogen verhaal is de combinatie van Lovecraft en S&M in Jaap Boekesteins Onderworpen aan de sleutel der Ouden wel een groot contrast, maar dat versterkt het effect. Op zoek naar inzicht in het universum ondergaat de hoofdpersoon iets heel … bijzonders. Veel pijn en dan overgave. Jaaps duivelse grijns bij het schrijven van dit soort verhalen laat zich makkelijk voorstellen.

Voeten
Esther Geurts komt met De Vlek. Dit is het tweede verhaal dat ik van haar lees na haar bijdrage aan de laatste Verhalen vertellers en ze is er een om in de gaten te houden, zeg! Dit verhaal liegt er niet om. Met horror kan ze duidelijk net zo uit de voeten als met fantasy. Goed beschreven gevoelens van de hoofdpersoon, doorleefde angst en een mooi verzonnen uitgangspunt. En een mooie wending aan het eind.

Johan Deseyn levert met De afslag een griezelverhaal voor de jeugd. Mooi beschreven, maar ik vond het begin – toen nog niet duidelijk was waar de vreemde metrolijn heen voerde, fascinerender dan het einde, toen dat duidelijk was geworden.
Karel Smolders ontpopt zich na zijn bijdrage in de eerste Vampieren en Demonen steeds meer tot horrorschrijver. Met De Achtervolging schreef hij in zijn mooie, rijke en zintuigelijke stijl een verhaal van obsessie. Over een personage dat als enige het patroon ziet in een reeks aanrijdingen.

Geschiedenis Magazine

Hotel
Martijn Kregting richt zich in Leegstand op het leven na de dood, als een bezoeker aan een vreemd hotel in zijn kamer een spook tegenkomt. Goed opgebouwd verhaal met veel vervreemding, mooie sprongen en een kil einde, zoals het hoort in spookverhalen …
‘Een huis verdwijnt niet zomaar’ van Guido Eekhaut vind ik zijn beste bijdrage aan deze collectie. Ook hier geen eenduidig einde, maar hier werkt dat voor mij juist heel goed. Opnieuw goed geschreven met een sterk uitgewerkte hoofdpersoon die aan zijn eigen waarneming gaat twijfelen.

Tais Teng is de afsluiter van deze bundel met Wek de Jager waarin hij de mensenoffers van de Azteken combineert met Lovecraftiaanse goden in een alternatieve geschiedenis. Kleurrijk, vlot verteld, met een paar mooie vondsten en een goed einde. Het plezier van het vertellen spat ervan af, en dat is Tengs bedoeling. De personages zijn niet diep (dezelfde stereotypes uit zijn andere verhalen: wat sullige mannelijke hoofdpersoon en een rondborstige dame die van wanten weet) en een diepere laag of commentaar op de maatschappij zul je erin niet vinden. Teng schrijft om te vermaken. En als je dat accepteert, dan is dit een verhaal dat je met een brede grijns de bundel doet dichtslaan.

Schaars
Horrorbundels zijn een schaars goed in het Nederlandse taalgebied en dus is te hopen dat Vampieren en Demonen lang blijft doorgaan!

Ook verschenen op Hebban