"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Wat stilte wil

Dinsdag, 21 maart, 2023

Geschreven door: Arthur Japin
Artikel door: Nico Voskamp

Soms werkt het leven tegen

[Recensie] Veelschrijver Arthur Japin slaat weer toe. Met goed resultaat: Het parool: “Een sensitieve roman over jezelf mogen zijn” –Algemeen Dagblad: “Een meesterwerk. Punt.” Ronkende flapteksten, maar wat vinden wij eenvoudige lezers ervan?

Anna Witsen is hier de hoofdpersoon, een bestaande jongedame die niet naadloos paste in haar tijdperk (1855-1889). Ze had ongelukkig genoeg het talent om met haar stem een publiek in vervoering te brengen. Dat, en een onblusbare drang om op de planken dat talent ten uitvoer te brengen, botste heftig met de gangbare zeden in dat tijdperk. Dames, en zeker jongere dames, werden niet geacht en plein publiek dit soort uitbundigheden uit te halen.

Emotionele en fysieke worsteling
De emotionele en fysieke worsteling die dat tot gevolg had, brengt Japin gedetailleerd tot leven. Een woest schilderachtig verhaal zou het kunnen zijn, van talloze ups en nog meer downs, repressie, depressie, verbanning, wild vechten tegen de bierkaai. Maar Japin kiest voor een gecontroleerde benadering in een enigszins hoogdravende, klassieke, formele, gekunstelde taal. Dat past weliswaar bij thematiek en tijdsbeeld, maar komt het leesgenot bij deze lezer niet ten goede. We troosten ons met de gedachte dat de doelgroep vast beter is afgestemd op deze bloemrijke krultaal.

Een bekvecht tussen Anna en haar vader verloopt dan zo:

Yoga Magazine

“’De tijden veranderen, papa.’
‘Altijd heb jij zangles mogen nemen en dat mag je blijven doen. Op besloten avondjes mag jij altijd zingen, graag zelfs, in Amsterdam, in Utrecht, overal. Het enige wat ik verbied, is dat je het ooit als professie uit zult oefenen.’
‘Op onze avondjes… Zonder dagelijkse ervaring op te doen, zonder echt orkest, zonder serieuze musici, hoe moet ik dan ooit verder komen?’
Nu hij tranen in haar ogen zag, kwam Jonas Jan achter zijn zetel vandaan. Hij stak haar zijn handen toe, maar zij nam die niet.
‘Jij hebt een prachtige stem, lieverd,’ troostte hij. ‘Iedereen luistert er graag naar. Wat wil een mens nog meer?’
‘Ik ben een volwassen vrouw,’ sprak zij koel. ‘U hebt over mij geen zeggenschap.’
‘Voorzichtig nu,’ maande de vader. ‘Jij schijnt te vergeten wie je bent, Anna.’
‘Integendeel.’ Zij wiste haar gezicht met een servet, stond op, bruusk, en stormde de kamer uit terwijl zij riep: ‘Ik kom er net pas achter.’”

Twistgesprek
Prima zowel in archaïsche trend als in de tijd geplaatst, dit twistgesprek. Anna heeft pech, zoveel is duidelijk. In dit welgestelde milieu is het not done om op de planken te staan, alleen een privé-optreden tussen de schuifdeuren wordt het gedoogd. Dat is voor haar niet voldoende, ze wil shinen.

Onvermurwbaar gaat ze dan haar eigen weg. De tijd werkt in haar voordeel: er komen allerlei nieuwe, vrijgevochten initiatieven op. Ook dat beschrijft Japin nauwgezet. Zo is er ‘De beweging van tachtig’ onder leiding van Willem Kloos, die de gezapige literatuur duchtig schoonspuiten. Met hun spraakmakende ‘Nieuwe Gids’ lukt dat moeiteloos, en Anna sluit zich graag bij de jonge wildemannen aan.

Dat opent nieuwe vergezichten. Zelfs durft ze weer te gaan dromen over een zangcarrière, een eigen geluid. Ze wil leven op het podium, een echte Zangeres zijn. Haar familie ziet dat met lede ogen aan. Wij krijgen er een unheimisch gevoel bij.

Ook verschenen op Nico’s recensies