"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Alles Nieuw

Zaterdag, 7 maart, 2009

Geschreven door: Joke van Leeuwen
Artikel door: Julia Krul

Ook een oude huid wil aangeraakt worden

Al sinds de jaren tachtig is Joke van Leeuwen een van de grootste namen in kinderboekenland. Haar bevreemdende verhalen, die ze zelf prachtig illustreert, geven vaak een gevoel weer dat voor kinderen en volwassenen even herkenbaar is: verloren te zijn in de wereld, niet meer te begrijpen waar je hoort of waar je heen moet. Deesje (Deesje, 1985) gaat logeren bij halftante, maar raakt op het station verdwaald; Veertje uit Wijd Weg (1991) zwerft een nacht lang door een vreemde stad; Warre en Tine (Iep!, 2004) durven niemand te vertellen over het gevleugelde meisje dat ze kwijt zijn en komen zo op de vreemdste plaatsen terecht. Ondanks de absurde humor hebben de boeken allemaal iets weemoedigs. In Alles Nieuw, Van Leeuwens tweede roman voor volwassenen, komen grapjes zelfs niet voor.

Alles Nieuw vertelt over twee vrouwen die in hetzelfde gebouw wonen: de jonge kunstenares Lara en haar hospita, de bejaarde Ada. De oude vrouw zit alleen thuis en eet ‘s avonds bij zorgcentrum Geef Ons Heden, terwijl haar huurster achter de computer zit en afbeeldingen en teksten husselt en vervormt. Ze leven langs elkaar heen, de een te egocentrisch, de ander te oud, traag en in de war om echt contact te zoeken.

Dan vindt Lara een verscheurd pasfotootje van een jonge vrouw, van wie ze door middel van Photoshop een vrouw van middelbare leeftijd maakt. Ze weet niet dat het een foto is van Ada’s dochter Alma, die lang geleden in een commune ging wonen en haar moeder nooit meer wilde spreken. Wanneer Ada de bewerkte foto ziet, denkt ze dat het de Alma van tegenwoordig is die toch weer contact zoekt. Ze raakt bezeten van het idee Alma weer te kunnen zien en verliest zich in gedachten over het verleden. De lieve oude heer Rein, die Ada in Geef Ons Heden heeft leren kennen, besluit haar bij te staan in haar zoektocht.

‘Onderweg vroeg hij of ze altijd alleen was geweest, en ze vertelde één straat lang over de veel oudere man met wie ze ooit getrouwd was, die al een zoon had gehad
uit zijn eerste huwelijk, een zoon die op zijn twintigste met zijn brommer was verongelukt. Geslipt op een gladde brug, zei ze, helmen waren toen nog niet verplicht, als hij een helm had gedragen, had hij nog geleefd. En bij de straathoek vertelde ze dat haar man was gestorven aan een slepende ziekte. Ach, zei Rein
alleen maar.’

Er hangt een stille somberheid over Alles Nieuw, als een nevel waar je doorheen moet turen om de typische kenmerken van Van Leeuwens stijl te ontwaren – taalvondsten, illustraties die het verhaal aanvullen en verdiepen, thema’s als misverstand en onbegrip. Het is een volkomen ander soort roman dan haar kinderboeken, die bol staan van bonte plaatjes en bizarre situaties. Alles Nieuw kabbelt voort, nu eens met de zeurende stem van Lara, dan weer met de gebroken stem van Ada, langs treurige gebeurtenissen, moeilijke herinneringen en gesprekken waarin nooit echt goed wordt geluisterd. Sprake van een intrige of een psychologische ontwikkeling is er bijna niet: de afwezigheid van Alma is een kwelling voor Ada, maar het blijft onduidelijk of dat ooit zal verbeteren. Lara maakt een tragisch sterfgeval mee, maar ze is tijdens de rest van het verhaal emotioneel zo oppervlakkig dat je de interesse in haar dan allang bent verloren. Het enige en mooiste dat er gebeurt is de zich voorzichtig ontwikkelende romance tussen Ada en Rein.

Het is begrijpelijk, maar jammer dat Van Leeuwen voor Alles Nieuw afstand heeft gedaan van haar gebruikelijke arsenaal. Haar woordgrapjes, absurde misverstanden, slapstick- en droomachtige elementen zijn niet zomaar gekkigheid voor kinderen; ze zijn haar literaire kracht. Ze bieden tegenwicht aan ernstige
gebeurtenissen, maar illustreren tegelijkertijd hoe lastig en onbegrijpelijk de wereld kan zijn. Een roman voor een meerderjarig publiek vereist helemaal niet dat je van een dergelijke aanpak af ziet. Integendeel: de grotemensenwereld schreeuwt erom door een vaardig, intelligent iemand een lachspiegel voorgehouden te krijgen. Gelukkig is er in Alles Nieuw af en toe toch iets van zo’n weerspiegeling te zien: in een naam als ‘Geef Ons Heden’, in de bizarre commune waar Alma ooit heen vertrok, in Lara’s bewerkingen van beelden en teksten – die op hun beurt iets van Van Leeuwens werkwijze reflecteren – en in de innerlijke wereld van de onbevangen Rein.

‘Rein zei dat hij vroeger voor zijn kinderen sterappels sneed. Hij haalde een mes en een bordje uit de keuken, sneed de appel met zigzagsneden in twee helften en tilde de bovenste helft van de appel op. […] Rein liet het mesje voorzichtig en zuinig onder de huid van de halve appels glijden en maakte er twee lange schillen van.
“En dan deed ik zo voor de kinderen,” zei hij, terwijl hij een lange schil boven zijn hoofd zwierde en daarna losliet. De schil landde op de salontafel.
“Het is een d geworden,” zei hij.’

Ada en Rein zijn de ware hoofdpersonen van Alles Nieuw: twee kwetsbare individuen in de marge van de maatschappij, voor wie de wereld net iets te snel gaat. Het is Van Leeuwens andere gave om de verhalen van zulke mensen te vertellen, hen ruimte en aandacht te bieden zonder sentimenteel te worden. Kinderen zoals Deesje, Piesie (Een huis met zeven kamers, 1979) en Bobbel (Het verhaal van Bobbel die in een bakfiets woonde en rijk wilde worden, 1987), maar ook ouderen, die zij met zorg en tederheid beschrijft. Ook in Alles Nieuw doet ze dat prachtig. Waar Lara ‘rommelig vrijt’ met een knul die management studeert, zijn voor Rein en Ada kleine woorden en gebaren al belangrijke, toverachtige momenten.

‘Ze draaide zijn hand om, met de palm naar boven, en liet de hare eronder verdwijnen. Ze werd haast nooit meer aangeraakt, zei ze. Alsof niemand eraan dacht dat ook een oude huid dat wilde.’

Op het laatst, kijkend naar het millenniumvuurwerk vanaf een balkon, kussen ze elkaar ‘koninklijk’. Met dat ene woord geeft Van Leeuwen hun liefde gestalte. Ook nog iets wat ze erg goed kan: op een uiterst treffende, beeldende manier details beschrijven. Daaraan in Alles Nieuw geen gebrek. Toch blijft het een werk als een geslaagde potloodtekening: charmante voorstelling, knap precisiewerk, maar als je op een afstandje gaat staan kun je niets meer zien.


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.