De uitzichtloosheid van de 19e eeuw en het leven van Ondineke Bosmans
[Recensie] Laat ik eens net zo ongewoon beginnen als het boek zelf: Deze roman kunt u rustig overslaan. De auteur hanteert voor dit boekwerk een mij enigszins vreemde mix, waarin het ene hoofdstukje iets vertelt over het meisje Ondine in de 19e eeuw, daarna het volgende hoofdstukje iets vertelt over kennissen van de auteur in de 20e eeuw, die samen de voorgaande regels over Ondine bediscussiëren. Een opzet van een boek in klad, een voorstudie, iets dat nog slechts in wording is. En zo worden de bladzijden gevuld. Rommelig en veel bla bla bla.
Ondine
En als de hoofdrolspeelster Ondine uit het gehucht Ter-Muren en haar broertje Valeer dan tevoorschijn komen, dan is het enigszins ongewoon in de opzet en in het taalgebruik. Ondine is in haar kindjaren agressief tot op het sadistische af en ze is neerbuigend. Haar ouders en haar broertje zijn meer een karikatuur dan gewone mensen. Ondine liegt, vloekt regelmatig, gaat haar broertje met een mes te lijf en steelt geld zonder enig schuldgevoel.
Op het eerste kwart van het boek leert Ondine zichzelf een beetje begrijpen. Zij begeert meer van het leven dan haar arme afkomst en laat zich, zodra ze gaat puberen, sexueel in met oudere jongens van een hogere sociale klasse. De begeerte is nu helemaal wakker, maar Ondine realiseert zich op dat moment nog niet dat ze alleen gebruikt wordt. Haar minnaar trouwt met een vrouw van zijn eigen stand en Ondine legt het kort aan met de vriend van de minnaar en kiest vervolgens voor de broer van haar minnaar. Niet omdat ze van elkaar houden. Niet omdat ze bij elkaar passen. Integendeel. Maar ze wil dat toegangskaartje tot een betere maatschappelijke positie. Het enige wat ze er van krijgt, is echter een zwangerschap. Na de bevalling dumpt ze de baby in het toilet en daar blijft het bij. Ondine denkt dat haar op die manier een wonder is gebeurd waardoor ze aan het moederschap is ontsnapt.
Losse flarden
Wie nu denkt dat het verhaal van Ondine ononderbroken doorliep, heeft het mis. Iedere paar bladzijden wordt het verhaal onderbroken en komen we weer bij de kennissen van de auteur terecht die over van alles en nog wat uitweiden maar wat niets te maken heeft met het verhaal van Ondine. Losse flarden over Reinaert de Vos en de wolf, een tabakszaak die korte en langere pijpstelen verkoopt, de opkomst van de socialisten en de eerste ziekenkas, de bespiegelingen van een kunstenares, af en toe weer een discussie over wat de kennissen van de auteur vinden over Ondine, al wordt dat steeds spaarzamer naarmate het boek vordert, hoe 1 mei en Hemelvaart gevierd werden, Allerzielen en Allerheiligen, marxisme, Lenin, de Tweede Wereldoorlog en de atoombom, over surrealistische schilderijen en de Nachtwacht van Rembrandt, het wordt alles slechts even aangetipt en aaneengeregen als mistige flarden zonder de minste samenhang, een woordenbrij van een monoloog door de auteur jegens een veenmanneke dat al jaren geleden overleden is…al lezende vraag ik me voortdurend af waarom ik er nog tijd in steek om het te lezen. Tussen neus en lippen door, en al weer verzwolgen door de volgende woordenbrij, lepelt de auteur halverwege het boek de niet verder uitgewerkte stelling op, dat alles wat eenmaal geschapen is, onherroepelijk de Schepper God boven het hoofd groeit – geen verdediging, geen uitleg van die stelling, terwijl de vaste aanwezigheid van het vloeken onverminderd door gaat in het boek. Om over de herhaalde episodes van het vrouwelijke naakte geslachtsdeel en borsten nog te zwijgen
Ongeschikt
Als recensent moet ik dit boekwerk ongeschikt vinden voor zowel jeugd als voor volwassen lezers. De rode lijn in het boek is totaal verknipseld, het taalgebruik is ongepast, of beter gezegd het deugt niet, kortom, voor de auteur was het een tijdverdrijf + letterlijk krantenrubriek-vulling, en voor zijn lezers is het zonde van iedere tijd die ze er aan besteden.
Twee grote thema’s
De auteur tipt in zijn roman twee thema’s aan die hij tot een grootse episode had kunnen uitwerken. Maar hij doet het niet. Hij komt niet verder dan enkele zinnen. Wat een gemiste kans om een groot boek te schrijven en de obscene delen te verscheuren. Eerst de Perpetuum Mobile waaraan de vader van Ondine werkt, ofwel de eeuwigdurende nooit afremmende beweging waarmee ongelimiteerde energie kan worden opgewekt (zelfs die uitleg komt niet uit de pen bij de auteur). Daarnaast de stelling dat alles wat eenmaal geschapen is, onherroepelijk de Schepper boven het hoofd groeit. Niemand hoeft met die stelling vrede te hebben, maar met een diepgravende uitwerking hadden zelfs de grootste tegenstanders van de stelling het gevoel gehad dat ze met de auteur konden redetwisten en debatteren over één van de meest fundamentele zaken van ons aardse bestaan. Helaas voor iedereen bleef het bij die ene zin. Alleen een losse stelling, om het in de volgende zin over iets geheel anders te hebben en er nooit meer op terug te komen.
Ondine steelt
Maar laat ik verder gaan met u over Ondine te vertellen; Het stelen wat ze als kind al deed, doet ze als volwassen vrouw nog steeds, maar nu in het groot. Ze neemt timmermanswerk aan voor haar vader en besteelt vervolgens zijn kas met groot geld om er allerhande jurken en andere zaken van te kopen, haar vader achterlatend met een fors verlies op de balans. En denk vooral niet dat Ondine zich daarover schuldig voelt. Tientallen bladzijden verder keert de boemerang zich om: Zowel vader als moeder hebben haar opgepotte geldkistje gevonden en het geld er beurtelings uit gehaald – en aan allerhande zaken opgemaakt. De rekeningen blijven onbetaald.
Aan het eind van het boek vinden we Ondine terug in een kamer boven een café waar het krioelde van de luizen, en getrouwd met een 15-jaar jongere onervaren jongeman zonder perspectief. Ondine is haar toegangskaartje tot een beter leven misgelopen. Karma ontmoet lotsbestemming.
Het perspectief van de tijd
Het leven van Ondine speelt zich af in een fatalistische tijd van armoede zonder perspectief. De auteur zelf had net twee wereldoorlogen meegemaakt en hij werd door uitgevers in eigen land niet gewaardeerd vanwege zijn maatschappelijke ideeën. Zo kwam het boek De Kapellekensbaan tot stand. Naar mijn mening had dit boek niet geschreven hoeven worden, maar de auteur dacht daar anders over. Hij kwam met een deel 2: Zomer te Ter-Muren.
—
Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow
Bazarow Populaire Fictie
Bazarow Literatuur & Non-fictie
Bazarow Kinderboeken