"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Interview natuurwetenschappen & geschiedenis: In gezonde staat

Woensdag, 4 oktober, 2023

Geschreven door: Simon Schama
Artikel door: Marnix Verplancke

Het effect van pandemieën en vaccins op de geschiedenis

Waldemar Haffkine redde rond 1900 miljoenen Indiërs van de cholera- en pestdood. Omdat hij toen al wist dat vaccinatie niet alleen een medisch, maar ook een sociaal gegeven is, aldus Simon Schama, iets wat wij tijdens corona te weinig beseften.

“Van een historicus mag je geen blijde boodschap verwachten,” lacht Simon Schama wanneer ik opmerk dat ik van zijn nieuwe boek niet echt vrolijk ben geworden. Foreign Bodies, zoals het boek heet, een titel die de lading beter dekt dan het In gezonde staat van de Nederlandse vertaling, gaat immers over de wijze waarop in het verre verleden nationalisme en antisemitisme internationale samenwerking in de pandemiebestrijding bemoeilijkten, waarbij je als lezer natuurlijk meteen de link legt met het recente verleden, toen het rijke noorden genoeg coronavaccins opkocht om zijn bevolking een keer of vier te vaccineren, waarna de rest van de wereld het met de kruimels mocht stellen. 

“Ik ben gefascineerd door de menselijke paradox,’ aldus Schama, ‘Op wetenschappelijk vlak zijn we de voorbije eeuwen geniaal gebleken, maar tezelfdertijd vallen we ook nog steeds ten prooi aan angst, paranoia en irrationeel bijgeloof. En dat op alle vlakken. Kijk bijvoorbeeld naar de enorme heropstanding van de religie op het einde van de twintigste eeuw. Die zagen we niet aankomen, net zomin als het populistisch nationalisme. Toen ik in de jaren zestig opgroeide, was je een socialist of een conservatief. Het ging allemaal over welke overheid je wilde, een kleine of een die ingreep in het leven van de mensen. Religie en nationalisme leken taaie zaken uit het verleden. Tot een jaar of dertig geleden dus.”

Ook in Foreign Bodies spelen religie en nationalisme een prominente rol, zoals de twee voornaamste personen die erin opgevoerd worden ervaren. Enerzijds is er de arts Adrien Proust (1834 – 1903), de bevlogen vader van de hypochondrische schrijver Marcel, die zich zijn leven lang toelegde op de studie van besmetting en vaccinatie en de halve wereld rondreisde met een pleidooi om een permanent bureau voor de volksgezondheid op te richten dat zich op wereldschaal met pandemieën zou bezighouden. De andere is Waldemar Haffkine (1860 – 1930), een Jood uit Odessa die zijn opleiding microbiologie kreeg aan het Parijse Institut Pasteur en de eerste was die een vaccin maakte tegen zowel cholera als de builenpest. Hij trok op het einde van de negentiende eeuw naar India, redde er miljoenen levens en kreeg desondanks met de grootste tegenstand te maken van de Britse koloniale bestuurders. Beide mannen leefden in een tijd waarin epidemies lelijk huishielden. Zo gebeurde het regelmatig dat een derde van de 200.000 bedevaartgangers naar Mekka aan cholera stierf, dezelfde ziekte trouwens die in 1881 in Rusland alleen al 267.000 slachtoffers maakte en elf jaar later alweer een kwart miljoen. 

Boekenkrant

Heel lang ging men ervan uit dat cholera- en builenpestepidemies het gevolg waren van een gebrek aan hygiëne. Waarom was de tegenstand tegen het idee van besmetting met bacteriën zo groot?

Schama: “Omdat hygiëne ook echt belangrijk was en tot op zekere hoogte werkte. De cholerabacil plant zich inderdaad voort in met fecaliën besmet water. Midden negentiende eeuw werden daarom rioleringen aangelegd en werd drinkwater zo goed mogelijk gescheiden van afvalwater. Poelen en moerassen werden drooggelegd. En er was echt wel een verbetering zichtbaar. Het aantal cholerabesmettingen liep terug. Voor de Britse overheid was dat voldoende. Toen Adrien Proust zei dat cholera geen lokaal fenomeen was, maar kon meereizen met een trein of een schip, draaiden de Britten het hoofd de andere kant op omdat dit de handel in gevaar zou kunnen brengen. Iets wat je tijdens corona trouwens ook zag, tot de waarheid niet meer genegeerd kon worden en internationale vluchten werden stilgelegd. Een tweede reden is dat de microbiologie en haar ontdekking van de wijze waarop ziekten van de ene mens op de andere overgaan pas in de jaren 1880 is ontstaan. Met Robert Kochs ontdekking van de miltvuur- en tuberculosebacillen in 1877 en 1882 kwam die discipline op gang, maar het was aartsmoeilijk om die nieuwe kennis uitgelegd te krijgen. Je kan het vergelijken met de ontdekking van de kernsplitsing of AI vandaag. Er zit altijd vertraging tussen de zuivere wetenschappelijke ontdekkingen en het begrip van wat dit zou kunnen betekenen in de praktijk. En dan moet je de mensen die in de praktijk staan ook nog overtuigen om die nieuwe kennis te gaan toepassen. In India maakten cholera en pest in geen tijd massaal veel slachtoffers. Veel tijd voor wetenschappelijke heropvoeding was er dus niet. En daar kwam nog bij dat er over Haffkine constant gezegd werd dat hij geen arts was. Wat kon hij dan van ziektes afweten? Ook dat is vandaag trouwens nog niet veel anders. Mijn vrouw is onderzoekster op het vlak van de genetica. Ook zij zegt dat er een enorme kloof gaapt tussen de wereld van de fundamentele wetenschap en de kliniek. Niet alleen zijn die twee vaak niet op de hoogte van elkaars werk, ze willen er ook niets over weten. De artsen vinden dat de wetenschappers niet praktisch genoeg zijn en de wetenschappers zijn van oordeel dat de artsen onwetend zijn. En over het algemeen hebben ze nog gelijk ook.”

De Britten maakten zich in India heel onpopulair door strikte quarantaineregels in te voeren. Ze betraden zonder toestemming huizen en sloten zieken soms op in ziekenhuisschepen waarvan iedereen wist dat je tien procent kans had om er levend weer vanaf te komen. Beetje al te rigoureus?

Schama: “Absoluut. Zieke moslims werden uit hun gezin weggehaald en verplicht opgenomen in een ziekenhuis, wetende hoe belangrijk het voor deze mensen was om omringd te zijn door hun familie. Hun bed richting Mekka draaien, zodat ze op de juiste wijze hun laatste gebed aan god zouden kunnen richten werd al evenmin in acht genomen. De frustratie daarover was zo groot dat er rellen en aanvallen op ziekenhuizen uit voortvloeiden. En het kon nochtans anders. Eind negentiende eeuw trok Alice Corthorn naar het deel van India dat hevig door pest getroffen werd. Ze gaf les over ziekte en ziektepreventie en zette na haar lessen vaccins. Niemand werd verplicht, maar velen gingen erop in omdat ze een betrouwbare uitleg hadden gekregen. Je zou kunnen zeggen dat zij een voorbeeld was voor Antoni Fauci en zijn vaccinatiecampagne in het door corona getroffen Amerika.” 

U gaat zelfs zo ver om te beweren dat de quarantainemaatregelen in grote mate bijgedragen hebben tot het einde van het Britse bestuur omdat ze het volk tegen zich verenigden? 

Schama: “Die maatregelen droegen inderdaad bij tot het opkomen van het Indiase nationalisme. De Britten reageerden daar bijzonder onhandig op. Van politieke rechten kon geen sprake zijn, want veiligheid was belangrijker. En dat terwijl er massaal veel mensen stierven. Bijzonder geloofwaardig was dat niet.”

Waldemar Haffkine was een opmerkelijk man, een Oekraïense Jood die carrière maakte in Frankrijk. Een Russische spion, zeiden veel Britten, maar toch behaalde hij in hun India zijn grootste successen. Een opmerkelijk internationaal succesverhaal toch?

Schama: “Zo lijkt het, maar de achterdocht tegen deze buitenstaander was groot, en niet alleen onder de Britten. Het waren in feite alleen Indiase minderheidsbevolkingsgroepen, zoals Joden, parsen en ismaïlieten die vertrouwen hadden in de westerse geneeskunde en zich dus ook makkelijk lieten vaccineren. Dat vertrouwen was ook wederzijds. Toen Haffkine Indiërs benoemde in de hoogste regionen van zijn onderzoekslaboratorium, waar miljoenen vaccindoses werden geproduceerd, valt op dat drie van de vier pars zijn. Wat Haffkine anders deed dan de Britten was dat hij met de religieuze leiders van de verschillende gemeenschappen ging praten. Hij had in feite een bijzonder moderne kijk om de wijze waarop je bange en verwarde mensen overtuigt. Zo is er een foto waarop je hem iemand een vaccin ziet geven, omringd door Indiase artsen. Dat laatste was voor de bevolking heel belangrijk. Het kweekte vertrouwen. Zij kenden de gemeenschappen en spraken de lokale taal. Haffkine besefte dat hij als witte man niet zomaar een Indische woonkamer kon binnenstappen en een naald in de arm van een kind ploffen.” 

En ook hier zijn er parallellen met corona?

Schama: “Natuurlijk, ook toen zag je dat in klein, armere gemeenschappen de weerstand om zich te laten vaccineren door rijke, witte artsen groot was. De WHO deed haar best om de vaccins ter plekke te krijgen, maar ze werden vaak niet vertrouwd omdat ze uit het buitenland kwamen en niemand precies wist wat erin zat. Haffkine begreep in de negentiende eeuw al dat vaccinatie niet alleen een medisch, maar ook een sociaal gegeven is.”

Wellicht doordat hij zelf een migrant was en dus wist wat het bekende om een buitenstaander te zijn?

Schama: “Ook al was hij bijzonder gek op de levenswijze en de stijl van de Engelse hogere klasse, hij wist dat het zijn wereld niet was. Zijn werkelijke positie was die van de man die geen onderscheid maakt tussen klasse, huidskleur of religie. In zijn latere leven keerde hij terug naar de Sovjetunie en probeerde hij een brug te slaan tussen het jodendom en de wetenschap. Ook hierin liep hij voorop op zijn tijd, denk maar aan de wijze waarop tijdens corona in Israël ultra-orthodoxe Joden keet schopten tegen de quarantainemaatregelen. Hetzelfde zag je in New York, in Brooklyn. Dat massale gebedsbijeenkomsten niet meer mogelijk waren lokte bij hen agressie uit. Ze hadden daar toen best een Haffkine kunnen gebruiken die met de religieuze gemeenschap in dialoog ging en de rabbi’s erop wees dat er in de Joodse wetgeving zoiets bestaat als pikuach nefesh, het principe dat het vrijwaren van een mensenleven boven alle andere Joodse wetten gaat.”

Het vaccin van Haffkine werkte goed en werd op grote schaal gezet, in februari 1903 bijvoorbeeld meer dan 1,3 miljoen keer. Maar op een dag ging het mis. Een medewerker liet een pincet op de grond vallen en steriliseerde dit na het oprapen onvoldoende. De vaccins waarmee hij werkte raakten besmet en 19 mensen stierven. Het betekende het einde van Haffkines carrière, ook al was hij niet aanwezig bij het voorval. Was dit ook gebeurd wanneer Haffkine geen Russische Jood was geweest, maar een doodgewone Brit?

Schama: “In de officiële stukken over de zaak zul je nooit een dergelijke reden of beschuldiging vinden. Er wordt dus niet gezegd dat hij een buitenstaander is, geen arts, Russisch en misschien nog wel het ergst van al, opgeleid in een Frans laboratorium, maar dat waren natuurlijk wel de echte redenen voor zijn ontslag. De hele zaak ging gebukt onder het beleefde antisemitisme waar de Britten zo goed in zijn. John Maynard Keynes noemde het de medische variant van de Dreyfuss-affaire. Toen Haffkine in 1907 terug mocht keren naar India, nadat zijn onschuld in de hele zaak bewezen was, verwachtte hij eerherstel, maar hij kreeg een volstrekt futiel baantje aangeboden in Calcutta, op voorwaarde dat hij niets meer te maken zou hebben met de productie van vaccins. Hij werd dus te gevaarlijk geacht om zijn oude positie weer op te pakken.”

Adrien Prousts droom van een organisatie die op wereldschaal de strijd tegen epidemies zou voeren is pas in 1948, met de oprichting van de WHO werkelijkheid geworden. Zou hij tevreden zijn?

Schama: “Dat weet ik niet meteen. Kijk wat er met corona gebeurde. Er werd van uitgegaan dat de Covax-politiek de WHO de macht zou geven om genoeg mRNA-vaccins te kopen voor iedereen en dat farmaceutische bedrijven bereid zouden zijn om hun patenten op te geven op die vaccins zodat deze op grote schaal en tegen een lage prijs aangemaakt zouden kunnen worden in landen als Zuid-Afrika en Brazilië. Want waar ontstond de omikronvariant? In Zuid-Afrika, omdat het aantal gevaccineerden er bijzonder laag lag. Maar dat interesseerde ons natuurlijk niet, want die Zuid-Afrikanen waren foreign bodies. Dat opgeven van patenten is niet gebeurd, met als argument dat wanneer je dit wel doet, je minder inkomsten hebt en dus ook geen geld voor toekomstig wetenschappelijk onderzoek. Ik heb dat altijd vrij ongeloofwaardig gevonden. Veel toenadering tussen rijke en arme naties of tussen westerse en andere naties hebben we niet gezien. Groot-Brittannië en de EU kochten drie of vier keer zoveel vaccins dan ze nodig hadden en verhinderden zo de verspreiding ervan in armere landen. En dat China niet echt wil meewerken aan internationaal onderzoek over zijn wetenschappelijke protocollen geeft ook weinig hoop voor de toekomst. Het is nu alleen wachten op de pandemie die iedereen vreest en die corona zal herleiden tot een dagje aan het strand, de vogelgriepvariant die tussen mensen wordt doorgegeven. Er is geen bewijs dat dit ooit al gebeurd is. Wat we wel weten is dat 38 mensen besmet zijn geraakt met het H5-M1-vogelgriepvirus. Vandaag zijn virologen al aan het werk om er een vaccin tegen te ontwikkelen. Om het succes daarvan zo groot mogelijk te maken is het nodig dat iedereen zijn wetenschappelijke resultaten en protocollen met anderen deelt, want we zitten allemaal in hetzelfde bootje.” 

Organisaties als de VN, Unicef en de WHO lijken echter steeds minder enthousiasme op te roepen. Het zijn logge en bureaucratische vehikels die niet aangepast zijn aan de nieuwe wereld, zegt men dan. 

Schama: “Het is een moeilijke strijd, dat is duidelijk. Weet je waar we vandaag in zouden moeten investeren? In scholen die masters opleiden in de overredingskunst, want misschien is het wel deze oeroude woordkunst die ons van het ergste zal redden. Die grote organisaties hebben charismatische leiders nodig, die de wereld enthousiast kunnen maken voor hun visie. Misschien moeten we er een computer met AI tegenaan gooien. Dan zou iedereen meteen luisteren.” (lacht)

Eerder verschenen in De Morgen