"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Pinkeltje en de Bibelebonse pap

Zaterdag, 9 september, 2023

Geschreven door: Julius Ros, Suzanne Braam, Dick Laan
Artikel door: Edwin Stok

Pinkeltje wil de kroonprins van Pinkeltjesland redden

[Recensie] Met het verschijnen van Pinkeltje en de Bibelebonse pap zijn we alweer aangekomen bij deel 28 in de Pinkeltje serie.

De kroonprins is heel erg ziek
Op een dag vraagt de koning van Pinkeltjesland aan Pinkeltje Witbaard of hij naar het paleis wil komen. Als Pinkeltje daar aankomt, vertellen de koning en de koningin hem dat de kroonprins heel erg ziek is en steeds magerder wordt. Geen enkele dokter in Pinkeltjesland heeft een oplossing. Pinkeltje denkt diep na en stelt dan voor dat er iemand naar Kluizelientje moet gaan, een kluizenaarsvrouwtje dat heel oud is en heel veel weet. Er is wel een probleem, want zij woont in het bange bos en niemand durft dat bos in te gaan.

Het behekste bos  
Pinkeltje Witbaard offert zich op en zal naar het bange bos gaan. Maar de moed zinkt hem al snel in de schoenen, want het bange bos is behekst. Zijn auto zakt diep weg, de struiken en de bomen gaan steeds in de weg staan, en zelfs de dieren werken hem tegen. Maar Pinkeltje geeft niet op, en vraagt op een bepaald moment “Kluizelientje, mag ik naar je toe komen?”

De reis naar de Sahara  
Kluizelientje vertelt Pinkeltje dat er misschien een medicijn is om de kroonprins te redden. Hij moet naar het hart van de Sahara reizen om op zoek te gaan naar de Bibelebonse berg. De bewoners van die berg zijn net zo klein als de Pinkeltjes. Zij hebben een geheim recept voor de Bibelebonse pap en daarmee kan de kroonprins van Pinkeltjesland gered worden. Pinkeltje mag echter niet met zijn autoraket reizen omdat de Bibelebonners er bang van zouden worden.

Pinkeltje krijgt een reisbeschrijving mee plus een uitleg hoe hij de ingang van de Bibelebonse berg kan vinden. Pinkeltje reist eerst naar Goudentorenstad, regelt de toestemming van koning Diamantus van Sprookjesland om voor de kroonprins tijdelijk Sprookjesland te verlaten, en gaat dan op reis naar de Sahara.

De Bibelebonse berg
De bewoners van de Bibelebonse berg zien er op één manier anders uit dan de Pinkeltjes; Ze hebben een veel grotere neus, en Pinkeltje moet zich vermommen met een grote namaakneus die zich helemaal hecht aan zijn gezicht. Toch is er een Bibelebonner die in hem een Pinkeltje herkent. Nadat Pinkeltje een goede daad verricht bij de Bibelebonners, krijgt hij in ruil ook een goede daad: Hij krijgt zeven zakken met alle kruiden mee om thuis in Pinkeltjesland de Bibelebonse pap te maken en het recept.

Is dit Pinkeltje?
Nu moet Pinkeltje met grote haast terug reizen naar Pinkeltjesland, want de kroonprins mag niet sterven. In zijn haast vergeet hij om zijn nepneus te verwijderen en dat levert problemen op. Hij wordt Pinkeltjesland niet binnen gelaten, hij wordt langs de kant van de weg aangehouden door de politie en hij mag ook het paleis niet binnen. Niemand herkent hem. Is dit Pinkeltje ? Door alle tegenwerking zien we iets opmerkelijks gebeuren in het karakter van Pinkeltje: Hij wordt agressief, hij slaat, hij schopt, hij loopt iemand ondersteboven en drukt met zijn auto anderen van de weg. Dit is een heel ander Pinkeltje dan in alle voorgaande Pinkeltje boeken, waar Dick Laan in ieder boekje juist opvoedkundige boodschappen wist over te brengen met een behulpzame zachtaardige Pinkeltje in de hoofdrol. En nu is Pinkeltje ineens agressief en gebruikt overal geweld. Dit is helemaal niet opvoedkundig. Is dit Pinkeltje? Zo krijgen we ook in dit boekje weer een aanwijzing dat Dick Laan zijn laatste boekjes niet zelf geschreven heeft.

De kroonprins
De koning en de koningin herkennen Pinkeltje wel, ondanks zijn opvallend grote neus, en Pinkeltje krijgt direct toegang tot de kroonprins en tot de keuken waar razendsnel de Bibelebonse pap moet worden klaargemaakt in een hele grote pan zodat de kroonprins voor enkele weken medicijn krijgt.



Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow

Boeken van deze Auteur: