"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Recensie filosofie: Geschiedenis van de seksualiteit 

Maandag, 11 december, 2023

Geschreven door: Michel Foucault
Artikel door: Ger Groot

Sexualiteit, religie en het individu

Over de omslag die plaatsvindt in de eerste drie, door Foucault bij leven gepubliceerde delen van zijn Geschiedenis van de seksualiteit is al veel gezegd. Het eerste deel benadrukt nog (in het verlende van De woorden en de dingen) de drang om de werkelijkheid onder woorden te brengen en zo binnen een regime van kennis te vangen. In de delen II en III verschuift het perspectief van de Victoriaanse Periode naar de oudheid en het thema naar de wijze waarop een individu zich, binnen het stramien waarin het leeft, een persoonlijkheid kan geven. Hoe zich, met andere woorden, binnen de structuralistische anonimiteit niettemin een individueel  ‘zelf’ kan gaan aftekenen.

In het seksuele regime dat Foucault daarbij als leidraad neemt, zijn daarvoor aanvankelijk twee elementen bepalend: de wijze waarop de (bij de Grieken altijd mannelijke) persoon zich superieur bewijst aan de partner: de jongen, de vrouw. Én hoe hij dat is ten opzichte van zichzelf, doordat hij zijn eigen lust weet te beheersen. Opmerkelijk is dat Foucault dat eerder in esthetische dan in ethische termen vat. Stijl en vorm zijn belangrijker categorieën dan erkenning van de ander. Die ‘ander’ komt dan ook pas relatief laat in beeld: in de periode van het Keizerrijk, waarin het stoïcisme nadruk gaat leggen op de wederzijdse gelijkheid binnen het (huwelijks)paar en het gebod van trouw.

Christelijk
Christelijk is dat nog niet, maar aan de horizon begint de nieuwe religiositeit zich met haar specifieke ethische geboden wel af te tekenen. Ook dan blijft Foucault echter de nadruk leggen op de wijze waarop het individu zichzelf vormgeeft en blijft de reciprociteit daaraan ondergeschikt. Anders gezegd: zijn denken maakt wel plaats voor wat Ricoeur de ‘hermeneutiek van het ik’ genoemd heeft, maar blijft staan bij de erkenning van het individu.

Wel blijkt de strengere huwelijksmoraal, die de man nu tot monogaam gedrag dwingt, een duidelijke verbetering in de positie van de vrouw te betekenen, net als de opwaardering van het instituut ‘huwelijk’ zelf. Gemeenschappelijkheid en gelijkwaardigheid als basis van ethische gedrag, zoals het christendom die op (langere) termijn zal benadrukken, blijven nog grotendeels achter de horizon, maar er beweegt wat.

Kookboeken Nieuws

Ook verschenen op Twitter/X en Linkedin